Eigenschap:Toelichting (nl)

Kennismodel
:
Type eigenschap
:
Tekst
Deze datatypespecificatie wordt genegeerd; de specificatie uit de externe vocabulaire krijgt voorrang.
Geldige waarden
:
Meerdere waarden toegestaan
:
Nee
Weergave op formulieren
:
Tekstvak
Initiële waarde
:
Verplicht veld
:
Nee
Toelichting op formulier
:
Toelichting op de definitie (Nederlandstalig)
Subeigenschap van
:
Geïmporteerd uit
:
Formatteerfunctie externe URI
:

Klik op de button om een nieuwe eigenschap te maken:


nl

Showing 500 pages using this property.
a
Al draaiend vijzelt de boor grond omhoog  +
In de praktijk betekent dit bijvoorbeeld dat (een deel van) de lading overboord wordt gezet om het schip en de opvarenden te redden.  +
bijvoorbeeld stormschade.  +
Aërobe bacteriën zijn het tegenovergestelde van anaërobe bacteriën die geen zuurstofgas nodig hebben.  +
b
het erfelijk materiaal ligt bij bacteriën los in het cytoplasma. Het DNA bestaat meestal uit één enkel ringvormig chromosoom, vaak vergezeld van een of meer plasmiden, die ook genetische informatie bevatten. Bacteriën kunnen onderling plasmiden uitwisselen, waardoor zij recombineren. Op deze wijze kunnen voortdurend nieuwe bacteriestammen ontstaan. Bacteriën vallen onder de groep SchimmelBacterieVirus in de domeintabel Parameter. Hieronder vallen ook de cyanobacteriën/blauwalgen.  +
Blauwzwart mengsel van gedeeltelijk vergane, van organismen overgebleven stoffen en oeverafslag, dat als een slappe laag de bodem van stilstaande of langzaam stromende wateren bedekt.  +
Men onderscheidt mechanisch werkende schepwerktuigen (zoals emmerbaggermolens, dipper dredges en grijpers) en hydraulisch werkende zandzuigers (zoals bodemzuigers, sleepzuigers en cutterzuigers).  +
Dit kunnen boeien, lichtboeien of tonnen (steekbakens) zijn.  +
Blijft in de regel bij laag water onder water  +
1 bar = 0,986 atmosfeer.  +
Hierbij betaalt de huurder een bepaalde som voor het `blote schip', zonder bemanning, en komen alle kosten, zoals die van verzekering en bemanning, voor rekening van de huurder.  +
De hoogte kan toenemen door duinvorming.  +
vormt een dam of versperring en ligt vaak kilometers van de kust.  +
Wordt vaak uitgevoerd om de diversiteit en milieuomstandigheden te beoordelen waartegen toekomstige veranderingen kunnen worden uitgezet (meestal een ontwikkelings drijfveer).  +
Onderzoeken in de voorbereidende fasen van een ontwerpstudie die zich richten op het vooraf bepalen van alternatieven voor daarop volgende meer gedetailleerde onderzoeken zouden bijvoorbeeld gekarakteriseerd kunnen worden als behorende tot deze categorie.  +
De berging kan plaatsvinden in de bodem, in meren (waaronder stuwmeren), in de vorm van sneeuw enz.  +
(bijv. verkeersgegevens, Normaal Amsterdams Peil, waterstanden, waterkwaliteitsgegevens).  +
In het algemeen de positie van de 'gemiddelde' kustlijn op 1 januari 1990.  +
De normale basislijn is de "laagwaterlijn" of de droogvallingslijn (ook wel nul-meterlijn genoemd) wat overeenkomt met het GLLWS (gemiddeld laag laag water bij springtij).  +
Gaat uit van het voor alle (deel) objecten op hoofdlijnen aangeven van de noodzaak van maatregelen en de gemiddelde kosten per objectcategorie op landelijk niveau. Is gebaseerd op life cycle costing  +
Door de Deltacommissie vastgesteld peil van NAP +5 m (anno 1960) aan de peilschaal te Hoek van Holland en de daarmee vergelijkbare peilen op overige locaties (peilen met een gelijke overschrijdingsfrequentie).  +
Het basisrioleringsplan dient als basis voor het Gemeentelijk Rioleringsplan en dient als uitgangspunt voor vergunningverlening of overleg met het waterschap over de te nemen rioleringsmaatregelen. Om een controle op het hydraulisch functioneren uit te voeren wordt het rioolstelsel (her-)berekend.  +
in tegenstelling tot continu verlopend.  +
Ook het in kaart brengen van de waterbodem, compleet met diepteverschillen en obstakels zijn inbegrepen in de bathymetrie.  +
Het bestaat uit een zware stalen bol met dikke vensters van plexiglas, onder een stalen tank, die men kan laten stijgen of dalen. Ontworpen door de Zwitserse natuurkundige Auguste Piccard, die er in 1954 een diepte van 4000 meter mee bereikte.  +
In de jaren dertig ontworpen door de Amerikaanse ontdekkingsreiziger Charles William Beebe en de Amerikaanse ingenieur Otis Barton.  +
In 1808 ingevoerd door de Engelse admiraal Sir Francis Beaufort. 0 = windstil - 12 = orkaan  +
de gemotiveerde bedenking die is ingebracht naar aanleiding van een gepubliceerde ontwerpbeschikking krachtens de vigerende wetgeving, zoals bedoeld in artikel 3.19, 3.24, 3.25 Algemene Wet Bestuursrecht.  +
Deze heeft altijd betrekking op één bepaalde vergunning  +
Opgemerkt dient te worden dat deze tabel op grond van uitvoeringsbesluiten ten aanzien van de WVOW (Uitvoeringsbesluit Verontreiniging Rijkswateren, bijlage II, tabel afvalwatercoëfficiënten) aan wijziging onderhevig zal zijn.  +
Voor deze term zijn vele streekbenamingen in omloop.  +
Een zuiger in de steekbuis zorgt voor een onderdruk waardoor het monster gemakkelijker de steekbuis (monsterbuis) inschuift.  +
Dit is mogelijk doordat een zich afwikkelende kous en een boorspoeling wrijving tussen grondmonster en steekapparaat vrijwel geheel voorkomen.  +
Onderhoud waterhuishouding - beheer en onderhoud rijkswaterkeringen etc  +
waarin, het verantwoordelijk zijn en zorgdragen voor het handhaven of bereiken van een vooraf vastgesteld kwaliteitsniveau van het beheerde object of de beheerde functie  +
Al het handelen dat erop gericht is te zorgen dat een (water) systeem aan de toegekende functies voldoet of gaat voldoen.  +
Niveau 6 in het Asset Informatie Model  +
Niveau 6 in het Asset Informatie Model  +
Wettelijke basis is de Wet op de Waterhuishouding  +
Bestaande uit:- Een omschrijving van de scenario's, strategieën en voorzieningen, die moeten worden uitgevoerd om de in het beleidsplan neergelegde doelstellingen en eisen te verwezenlijken - - Een aanduiding van de perioden waarbinnen de maatregelen worden getroffen - - Een aanduiding van de kosten van de maatregelen, en een overzicht van de wijze waarop deze kosten worden gedekt. Voor RWS: Beheerplannen worden zowel op landelijk (droog) als regionaal (droog en nat) niveau opgesteld. De landelijke organisatie bestaat uit Wegbeheer en BPN. Als voorbeeld als bedoeld in artikel 13 van de kaderrichtlijn water  +
plan met maatregelen voor herstel, inrichting en onderhoud van een object  +
De organisatie kan bijvoorbeeld een gemeente, provincie of waterschap zijn.  +
Beheersmaatregelen kunnen worden genomen om de waterkwantiteit op orde te brengen. Gedacht moet dan worden aan een beheersmaatregel ten behoeve van de veiligheid. Beheersmaatregelen kunnen ook genomen worden om een gewenste waterkwaliteit te behalen. Denk daarbij aan een bepaalde ecologische toestand of kwaliteit van zwemwater.  +
Document met de beschrijving van de feitelijke toestand van de waterkering, met de voor het behoud van het waterkerend vermogen kenmerkende gegevens van de constructie.  +
Behouddoelen zijn vooral geformuleerd voor soorten en habitats die al in een gunstige staat van instandhouding verkeren.  +
bijvoorbeeld doordat het schip onderweg vergaat of wordt afgekeurd.  +
Het grondgebied van het Vlaamse Gewest wordt ingedeeld in deelstroomgebieden of rivierbekkens. Er is sprake van 11 bekkens: het IJzerbekken het Bekken Brugse Polders, het Bekken Gentse kanalen, het Leiebekken, het Bovenscheldebekken, het Benedenscheldebekken, het Denderbekken, het Bekken Dijle en Zenne, het Demerbekken, het Netebekken en het Maasbekken. Van deze 11 bekkens, behoren enkel het IJzerbekken het Bekken Brugse Polders en het Maasbekken niet tot het Scheldestroomgebied.  +
Een type bekkentrap is de V-vormige bekkentrap, waarbij de wanden een V-vorm hebben. Een bekkentrap kan ook fungeren als een stuw.  +
Aangezien de totale bekleding van een waterkering een aantal segmenten kan behelzen, wordt, volgens de definitie, hier alleen gedoeld op het segment dat zich bevindt ter hoogte van en onder het maatgevende hoogwaterpeil. Het gaat hier dus om het belangrijkste segment. De bekleding is de bedekking van de waterkering. Daar waar aan de voet van de waterkering zich een waterloop bevindt is er sprake van een overlap met de subentiteit 'Profielverdediging' (waterloop). Het is aan het waterschap om te bepalen of men in die gevallen ook langs en onder de waterlijn blijft spreken van 'Bekleding waterk.' of dat daar het begrip 'Profielverdediging' wordt gehanteerd.  +
Voorbeeld van gebruik: basalt, ingegoten met gietasfalt.  +
Dit rijtje wordt trits genoemd: wie belang heeft bij het waterschap betaalt daarvoor evenredig aan dat belang. Hiervoor krijgt de betaler zeggenschap terug door zich verkiesbaar te stellen voor het algemeen bestuur van het waterschap.  +
Tot de belanghebbenden behoren de volgende groepen: - bevoegd gezag voor de hulpbron / - belangengroepen / - algemene publiek / De watermanager behoort in de regel tot een van de eerste twee groepen.  +
Afkomstig vanuit alle mogelijke bronnen, zoals directe lozingen, atmosferische depositie, aanvoer via rivier, polderspui en/of oceaan.  +
een beleidsplan, omvattende de hoofdlijnen en beginselen van het beleid ter verzekering van een goede drink- en industriewatervoorziening. Het beleidsplan geeft inzicht in de ruimtelijke aspecten van het beleid inzake de drink- en industriewatervoorziening, voor zover dat is gericht op het tot stand brengen van de nodige watervoorzieningswerken. Het beleidsplan wordt aangemerkt als een structuurvisie als bedoeld in artikel 2.3, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening betreffende het aspect drink- en industriewatervoorziening van het nationale ruimtelijk beleid.  +
de installatie is gelegen over de bodem van een waterloop  +
Voor de Belgische havens geldt geen loodsdwang. Loodstarieven worden in overleg met de ministeries (NL en Be) bepaald. Tarieven en loodsplicht staan tegenwoordig ter discussie (2001).  +
Kan een enkel stroomgebied zijn of onderdeel van een groter stroomgebied.  +
kompasrichting bezien vanaf het midden van het water; Mogelijke waarden: n, no, nw, z, zo, zw, w, o  +
In DONAR uitgedrukt in centimeters.  +
1 / meetdichtheid. Interval uitgedrukt in een eenheid, bijvoorbeeld 4 meter.  +
Vaak is dit de verwijzing naar een document, bijvoorbeeld een NEN-norm, voorschrift of protocol, waarin de toegepaste methode is beschreven  +
Dit is niet de methode of voorschrift dat is gevolgd bij de bemonstering, dat is de bemonsteringsmethode.  +
Doorgaans vindt hier overwegend sedimentatie plaats.  +
Voor Nederland: Het door Rijn en Maas gevoede rivierengebied ten westen van de lijn Schoonhoven - Werkendam - Dongemond, inclusief Hollands Diep en Haringvliet, zonder de Hollandse IJssel. Tijdens grote afvoergolven ondervinden de waterstanden een significante invloed van de waterstand op de Noordzee als gevolg van een zware storm. De getijhoogwaterstijging is hier van belang.  +
hoog zwel- en absorptievermogen en een zeer lage doorlatendheid  +
Benutting van regenwater draagt bij aan de reductie van afvoerpieken. Benutting van regenwater kan voor laagwaardige toepassingen van drinkwater tevens bijdragen aan drinkwaterbesparing. U kunt het regenwater benutten voor de tuin of in het huishouden voo  +
Voorbeeld: spitsstrook.  +
Dit profiel wordt gebruikt ten behoeve van het beoordelen van de veiligheid van bestaande dijken op de aanwezigheid van niet-waterkerende objecten. Het mag in het algemeen niet worden doorsneden door verstoringzones van niet-waterkerende objecten.  +
Een beoordelingsspoor resulteert per dwarsprofielsegment in een toetsresultaat.  +
In geval van een bijzondere bepaling kan een specifieke waarde voor de parameter per bepaling worden opgeslagen. In deze koppeltabel wordt per vergunning aangegeven welke relaties er zijn met de verschillende objecten (of administratieve gebieden: kadastraal. perceel.) en welke bepalingen van wetten, regelgevingen en verordeningen hierop van toepassing zijn. Bij bijzondere bepalingen kan tevens een parameterwaarde worden opgeslagen.  +
bij deze waarde is de kans op fout-negatieve uitslagen < 1%  +
Onder natuurlijke vastgoedobjecten wordt verstaan het gewas waarmee de grond beplant is.  +
Zoals water  +
De overstortfrequentie beperkt zich tot riooloverstorten. Wat deze werken betreft is het de doelstelling een overstortfrequentie van gemiddeld maximaal zes maal per jaar binnen een bepaald rioolbemalinggebied te bereiken.  +
Zoals wateraanvoer, stroomvoorziening, irrigatie en recreatie.  +
In dit kader wordt onder afvalwater tevens hemelwater verstaan. Een bergbezinkbassin maakt deel uit van het rioolstelsel. Een bergbezinkbassin is een al dan niet overdekte ruimte voor de tijdelijke opslag van het afvalwater. Een belangrijke functie van de bergbezink bassin is het verminderen van de vuillast. NEN 3300:1996 hanteert de volgende definitie: reservoir voor de tijdelijke opslag van afvalwater waarin tevens slibafzetting plaatsvindt met een voorziening om het slib te kunnen verwijderen en waaruit overstortingen kunnen plaatsvinden  +
Meestal worden hier polders voor gebruikt.  +
Volume van water in een bepaald gebied. Baggerspecie in een depot. Bij grondmonsters wordt veelal gesproken van vochtinhoud.  +
Af te raden term: open-water-berging  +
Het symbool ( wordt meestal gebruikt voor een freatische watervoerende laag, terwijl S voor een geheel of gedeeltelijk afgesloten watervoerende laag wordt gebruikt.  +
Het betreft bergingsgebieden die zijn opgenomen in het bestemmingsplan. Deze staan verplicht in de legger. Het betreft daarnaast regenwaterbuffers, noodoverloopgebieden en wadi's. Deze zijn optioneel voor de Legger.  +
Het wordt afgeraden om voor bergingsverandering de term berging te gebruiken.  +
Wanneer de voorzieningen zijn aangelegd en goedgekeurd als compensatie voor de aanleg van verhard oppervlak kent het hoogheemraadschap formeel de functie regenwaterberging aan de voorziening toe en zijn daarop de desbetreffende verbod- en gebodsregels uit de Keur van toepassing. Aanwijzing kan plaats vinden middels een legger, een bestemmingsplan of een beheerovereenkomst. Het kan onder meer gaan om wadi's, daktuinen, vegetatiedaken etc. etc.  +
Aanwijzing kan plaats vinden middels de Keurkaart, een legger, een bestemmingsplan of een beheerovereenkomst.  +
Onder het instellen van administratief beroep wordt verstaan: Het gebruik maken van de ingevolge een wettelijk voorschrift bestaande bevoegdheid, voorziening tegen een besluit te vragen bij een ander bestuursorgaan dan hetwelk het besluit heeft genomen.  +
Voor zover het gebied samenvalt met een N2000 gebied, kan het niet als een beschermd natuurmonument worden aangewezen. Voor een beschermd natuurmonument bestaat wel de mogelijkheid, maar geen verplichting tot het opstellen van een beheerplan.  +
Het profiel van vrije ruimte is vaak gedeeltelijk of geheel binnen de beschermingszones gelegen. Stroken grond ter weerszijden van de kernzone, die daadwerkelijk bijdragen tot het waarborgen van de stabiliteit van de waterkering.  +
Voor het bepalen van de interventieniveaus is het van essentieel belang dat beschikbaarheideisen worden gedefinieerd. Deze bepalen in feite wanneer 'schade' onaanvaardbare maatschappelijke gevolgen heeft, en, met inachtneming van een veiligheidsmarge, het interventieniveau.  +
zoals klampen en ogen.  +
het besluit is een nadere uitwerking van de wet ruimtelijke ordening en bevat onder meer bepalingen over bestemmingsplannen, tegemoetkoming in schade, grondexploitatie.  +
Hierbij moet worden gedacht aan maatregelen voor duurzaam behoud van de oppervlakte en/of kwaliteit van het leefgebied van een bepaalde soort plant of dier en/of van de ecologische randvoorwaarden voor een bepaald habitattype.  +
technische beheersacties kunnen, indien het niet het bedienen van sluizen e.d., maar een infrastructurele ingreep betreft, worden uitbesteed in de vorm van een bestek  +
Afhankelijk van het doel van deze middelen is het mogelijk een onderverdeling te maken in grondontsmetting- en desinfectiemiddelen en onkruid-, schimmel- en insectenbestrijdingsmiddelen. Pesticiden worden al eeuwen gebruikt. Ruim voor het begin van onze jaartelling pasten Chinezen zwavel toe bij de bestrijding van schimmels (ref 1). De grote groei in het gebruik van bestrijdingsmiddelen begon in de jaren dertig en veertig met de productie van synthetisch-organische bestrijdingsmiddelen als DDT, aldrin, quintozeen en pentachloorfenol. De wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden onder nummer BWBR0021670 beschrijft het verder gebruik en toelating op de nederlandse markt.  +
iemand die deel uitmaakt van een bestuur => moderateur, regent  +
ToDo: Definitie is nog niet vastgesteld  +
Deze moeten tijdens de aanbesteding van het contract worden opgesteld of volgen uit van toepassing verklaarde voorwaarden.  +
Dient voor het beleggen van een ankertros of sleeplijn.  +
Voorbeeld van gebruik: betonplaat  +
gevoeligheid / controleerbaarheid  +
Dit gebied wordt begrensd door de kritieke waarden en is een functie van de onbetrouwbaarheidsdrempel alfa  +
De volgende kunnen onderscheiden worden: - nauwe beug: beug waarbij de sneuen 1,60 m uit elkaar staan (voor de schelvisvangst) / - volledige beug: beug die 200 á 250 beuglijnen van 7 m lang telt (15 á 19 km lang) / - wijde beug: beug waarbij de sneuen 3.2 m uit elkaar staan (voor de kabeljauwvangst)  +
De toegepaste klassenindeling komt, voor wat betreft de klasse 0 t/m VII, overeen met die welke sinds 1992 door de Conferentie van Europese Ministers van Verkeer (CEMT) wordt gevolgd en welke is gebaseerd op de afmetingen van standaardschepen en duwstellen. Terwille van enkele landen, waaronder Nederland, bleek het nodig hieraan een klasse 0 (vaarwegen kleiner dan die van klasse I) toe te voegen. De klasse VII is mede in de tabel opgenomen - duwvaart met negen bakken komt echter in Nederland thans niet voor.  +
Bijvoorbeeld de overheidsinstantie die bevoegd is het m.e.r.-plichtige besluit te nemen (bij dijkversterking de provincie)  +
de plaatselijke bevolking is aan het evacueren  +
De volgende typen kunnen worden onderscheiden: - basculebrug / - draaibrug / - hefbrug / - klapbrug / - ophaalbrug / - pontonbrug / - pontondraaibrug / - rolbrug / - rolbasculebrug  +
Een voorbeeld van een bewerkingsmethode is een middeling of een percentielberekening.Doorgaans betreft het een rekenkundige middeling over een bepaalde tijdsperiode waarbij na uitvoering de analysemethode voor de reeks niet wijzigt.  +
Er moet dus altijd vermeldt worden wat voor bewerkingsslag er is toegepast om uiteindelijk te komen tot een specifieke dataset  +
De hoeveelheid bewolking wordt in de meteorologie uitgedrukt in achtste delen. Zo staat 0/8 voor onbewolkt, 1/8 voor vrijwel onbewolkt, 4/8 voor half bewolkt en 8/8 voor geheel bewolkt.  +
Snelheid waarmee gesuspendeerde deeltjes in water onder invloed van de zwaartekracht naar beneden gaan ('bezinken'). Vgl. met valsnelheid.  +
WVOW: Het in het kader van een wettelijke bevoegdheid vragen van een voorziening tegen een besluit bij het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen.  +
bijvoorbeeld breuk, afschuiven, piping, verweken  +
Wanneer een zuur wordt toegevoegd, breekt het ion in H2O en CO2, en gedraagt zich als een buffer.  +
Zo kan bijvoorbeeld de loods veilig aan boord kan komen.  +
Methode om een storm af te rijden, om averij te voorkomen. Er is nauwelijks voortgang, maar wel ruime drift.  +
De bijzondere bepalingen per vergunning worden opgeslagen door een relatie te leggen met alle bijzondere bepalingen die van toepassing worden geacht. In sommige voorwaarden komt een parameter voor. Hiervoor kan een specifieke norm gesteld worden. Bijvoorbeeld de toegestane lozing van een bepaalde stof of de minimum hoeveelheid van een andere stof of het gemiddeld maximum aan zware metalen per jaar over een periode van tien jaar.  +
Bv: verboden gebied, bagger- of stortplaats, gebied bestemd voor waterskiën of zeilplanken enz. De markering is niet bedoeld voor navigatie.  +
Als zich een calamiteit voordoet, is er sprake van ‘bijzondere omstandigheden’. Hiervan is sprake wanneer te weinig of juist te veel water wordt aangevoerd: watertekort, wateroverlast, vorst en ijsgang en warm wateroverlast. Het BPRW geeft aan hoe hier mee omgegaan moet worden.  +
Voorbeelden: muralt- of dijkmuren, damwanden, kistdammen, keermuren en kwelschermen.  +
Tot deze entiteit kunnen bijvoorbeeld goten en opsluitbanden worden gerekend  +
Vaak is de loods echter gelijktijdig rivier- en zeeloods.  +
in de betekenis van tweede waterkering, slaper(dijk). cq: in de betekenis van boezemkade, kanaaldijk  +
Bijvoorbeeld vanuit water, sediment, zwevend stof, voedsel.  +
Laboratoriumexperiment waarin (meestal) planten of lagere diersoorten worden blootgesteld aan een (extract van een) te beoordelen water(bodem)monster. Het doel van bioassays is het beoordelen of de aanwezige verontreinigingen in het monster in die mate beschikbaar zijn dat ze negatieve effecten veroorzaken bij deze testorganismen.  +
bij een BZV bepaling moet de testduur (in dagen) aangegeven zijn; deze is bepalend is voor de gemeten waarde.BZV worden altijd uitgedrukt in equivalenten zuurstof (O2),  +
oorbeelden van biofouling zijn de aanhechting van zeepokken op scheepsrompen, welke de snelheid en de maneuvreerbaarheid van een schip aanzienlijk kunnen verminderen.  +
Ze bestaan voornamelijk uit skeletdeeltjes van planten en dieren (bijvoorbeeld koralen, foraminiferen of kiezelwiertjes) en zijn rijk aan calciumcarbonaat of siliciumoxide.  +
ze stelt vast welke soorten of groepen planten en dieren kenmerkend zijn voor bepaalde gebieden op het land en in de zee en gaat na hoe de huidige verspreiding ontstaan en geëvolueerd is in de loop der tijden.  +
Afvalwaterbehandelingprocessen zijn op deze eigenschap gebaseerd. Biologisch afbreekbare stoffen kunnen niet voortbestaan in de natuur.  +
In NCS was dit Biologisch en/of chemisch hoofdproces voor het zuiveren van afvalwater  +
De indicator komt vaak genoeg voor om te kunnen volgen in ruimte en tijd en toont een gevoelige respons op veranderingen in het ecosysteem.  +
Deze biologische pomp speelt een belangrijke rol in de "koolstofcyclus" en het globale klimaat.  +
Overeenkomstig VERORDENING (EG) Nr. 834/2007 VAN DE RAAD van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91, de teelt van biologische gewassen dient bij te dragen tot de instandhouding en de verbetering van de bodemvruchtbaarheid en tot de voorkoming van bodemerosie. Gewassen dienen bij voorkeur te worden gevoed via het ecosysteem van de bodem en niet door toevoeging van oplosbare meststoffen aan de bodem.  +
Het komt vooral voor bij diepzeesoorten (bijvoorbeeld de lantaarnvissen). Het wordt veroorzaakt door ofwel lichtgevende bacteriën die symbiotisch leven op vissen, ofwel door middel van fotoforen (pigmenten). Bioluminiscentie kan dienen voor bij het baltsg  +
Toppredatoren (zoals roofvogels) bezitten bijvoorbeeld veel hogere en gevaarlijkere concentraties aan PCB's in hun vetweefsel dan hun prooien (knaagdieren,..), doordat ze lichaamsvreemde stoffen, aanwezig in het weefsel van de prooien, toegevoerd krijgen  +
de potentiële biomassaproductie kan worden bepaald na 7 en 14 dagen  +
Niet hetzelfde als "ecosysteem".  +
Het deel op, in en boven de aarde dat bewoond wordt door organismen en waar zich dus leven bevindt.  +
Hiermee kan ook bedoeld worden: een verhoging als gevolg van een opstapeling van fossiele resten van zulke organismen.  +
Het biotisch milieu is het voedsel, roofvijanden en parasieten. Tegenstelling: abiotisch  +
hiertoe behoort ook biodegradatie.  +
bijvoorbeeld door regenwormen  +
Ze hebben zeer ontwikkelde plaatvormige kieuwen (lamellibranchia) en leven allemaal in het water (de meeste in de zee). Voorbeelden van bivalven zijn de mossel, de kokkel, de sint-jacobsschelp, de oester,...  +
Door het contact van het warme water uit de bodem en het koude zeewater slaan verschillende mineralen neer, vooral het zwartkleurige ijzersulfide (vandaar de term 'zwart') en ontstaat door uitstoot de 'rook' en door neerslag de 'schoorsteen'.  +
Een bladvanger werpt bladeren en grof vuil uit de standleiding en dient tegelijkertijd als overstort bij extreme regenval  +
De naam blauwalg is misleidend omdat cyanobacteriën geen algen en geen wieren zijn. Verder hebben veel soorten wel een blauwgroene kleur, maar er zijn er ook met een roodbruine of overwegend groene kleur. De kleur is afhankelijk van de hoeveelheden en soorten pigmenten die in de bacterie aanwezig zijn. Sommige blauwalgen vormen drijflagen of gaan stinken wanneer ze dood gaan. Ook zijn er soorten die giftige stoffen produceren die na contact met de huid of inname kunnen leiden tot gezondheidsproblemen. De ernst van de gezondheidsproblemen is afhankelijk van hoeveelheid en type gifstof. Blauwalgen komen algemeen voor in zoete en zoute wateren. Overlast veroorzakende blauwalgen komen in Nederland alleen in binnenwateren voor. Blauwalgen vallen onder de groep SchimmelBacterieVirus in de domeintabel Parameter.  +
Blauwe diensten worden gefinancierd uit de collectieve middelen aangezien de betreffende activiteiten niet door marktwerking tot stand komen.  +
blauwe knooppunten vormen een hulpmiddel om afwenteling te concretiseren in de vorm van afspraken over de hoeveelheden over te dragen water en stoffen. Concept afkomstig uit Vierde Nota Waterhuishouding 1998. Het zijn dus meetpunten in het watersysteem, waar aanvullende eisen gelden met betrekking tot waterkwaliteit en -kwantiteit, die doorwerken naar bovenstroomsgelegen wateren teneinde afwenteling van problemen met water tegen te gaan. De afspraken worden doorgaans vastgelegd in waterakkoorden tussen verschillende beheerders, een alternatief is een goede omschrijving van de afspraken in het stroomgebiedbeheerplan. Knooppunten zijn ook gelegen aan het begin of aan het eind van een hoofdwatersysteem of bij een landsgrens, of bij de overgang van doelen, functies en/of normen van en hoofdwatersysteem.  +
Om voor een blauwe vlag in aanmerking te komen moet een zwemlocatie voldoen aan strenge eisen op gebied van waterkwaliteit en veiligheid. De waterkwaliteit moet voldoen aan de streefwaarden die gesteld in de Europese zwemwaterrichtlijn. Streefwaarde zijn, de term zegt het al, waarden waarnaar gestreefd wordt, een soort ideale waarden. Er zijn ook grenswaarden in de Europese zwemwaterrichtlijn gesteld en deze grenswaarden zijn de eisen waaraan het water minimaal moet voldoen. Een water kan dus voldoen aan de Europese richtlijnen en toch geen Blauwe Vlag krijgen.  +
Het Blijf-weg sein moet onder andere worden gegeven bij een gebeurtenis of ongeval waardoor een vervoerde gevaarlijke stof vrij zou kunnen komen.  +
Er ontstaat dan een tegenstroom.  +
Bij het KRW-kwaliteitselement Fytoplankton is een maatlat (norm) gedefinieerd voor de indicator 'Phaeocystis bloeifrequentie'.  +
Het blokkanaal staat vermeld in de vaarkaarten, onder `M' (plus het betreffende kanaal), en op de borden langs de oever, bijvoorbeeld `VHF 19'.  +
Wanneer sprake is van een dubbeltoppig spectrum wordt uitsluitend het frequentiedomein rond de hoogste top in de berekening meegenomen. Het gebied rond laagste top wordt dan niet beschouwd.  +
Deze fouten zijn vaak groot, en per definitie, onvoorspelbaar. Ze worden in de regel veroorzaakt door plotselinge veranderingen in de omgevingsomstandigheden, systeemfouten of gebruikersfouten  +
In Nederland spreekt men van "bodem" tot 1 a 2 meter onder het maaiveld.  +
Door daarnaast de gewenste dikte en de constructie van de leeflaag vast te leggen wordt een duurzame oplossing gecreëerd, die controleerbaar en handhaafbaar is. Bij sanering en beheer zijn de BGW's de kwaliteitsdoelstelling voor de bovengrond. Het kabinetsstandpunt 'Beleidsvernieuwing bodemsanering' geeft aan dat bij ernstige en urgente gevallen van bodemverontreiniging de BGW's direct dienen te worden bereikt via het saneringspoor.  +
Uit te drukken als gradiënt of als gradiëntvector van de bodemhoogte.  +
De bodemkwaliteitskaart bestaat uit verschillende "lagen" waarbij elk van de lagen gericht is op het ruimtelijk weergeven van een bepaald kenmerk dat bepalend is voor de bodemkwaliteit. In het kader van de Vrijstellingsregeling grondverzet worden specifieke eisen aan de bodemkwaliteitskaart gesteld die in deze interim richtlijn nader zijn uitgewerkt. Een bodemkwaliteitskaart biedt inzicht in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem van een bepaald beheersgebied. De kaarten geven voor onderscheiden zones in een gemeente, informatie over de bodemkwaliteit op vlakniveau. De bodemkwaliteitskaart wordt samen met een bodembeheersplan vastgesteld door het bevoegd gezag, om de mogelijkheden van de Vrijstellingsregeling grondverzet te benutten. Grondverzet binnen gemeentes vindt geregeld plaats aan de hand van bodemkwaliteitskaarten. Bij veel gemeenten wordt de BKK hiernaast gebruikt voor de bouwtoets en om de terugsaneerwaarde te bepalen.  +
Heeft de dimensie lengte, een soort van golfhoogte, zie b.v. nikuradse bodemruwheid  +
Eventueel tevens hun korrelgrootteverdeling.  +
Bijvoorbeeld mate van gelaagdheid.  +
Deze gehalten verschillen per type bodem.  +
Een bodemval kan een kunstwerk zijn, waarmee een verschil in bodemhoogte wordt opgevangen, om bijvoorbeeld de snelheid van het water te beperken door een minder groot verhang. Hierbij is het uitgesloten - zoals bij stuwen - het water vast te houden.  +
In Nederland is meestal bij gehalten boven de z.g. streefwaarde sprake van bodemverontreiniging, in Vlaanderen meestal bij gehalten boven de achtergrondwaarde.  +
Door middel van deze dwarskracht kan men beter manoeuvreren.  +
Komt onder andere voor bij Kanaalschepen en veerboten.  +
inboegseren: de haven inslepen uitboegseren: de haven uitslepen  +
Het waterpeil in de boezem is in de regel hoger dan het polderpeil  +
Boezemland heeft, wanneer het 'overstroombaar' is, een belangrijke functie in de waterberging en -afvoer in natte tijden. Als overstroombaar worden beschouwd die delen van het boezemland die lager gelegen zijn dan + 0,2 meter NAP en die daarnaast niet bebouwd zijn.  +
De meeste boezemwateren behoren tot de primaire wateren en hebben een zeer belangrijke functie in de (regionale) aan- en afvoer van water.  +
De bodem wordt hierbij tot een diepte van enkele centimeters omgewoeld. Wordt voornamelijk gebruikt voor de vangst van tong en schol.  +
onder bomen word verstaan de houtige, meerjarige gewassen met een duidelijke, afzonderlijke stam en weinig of geen bladdragende takken in het onderste deel  +
Er zijn vaste en drijvende booreilanden.   +
Het bakboordlicht is rood, het stuurboordlicht groen. Op vaartuigen korter dan 20 meter mogen de boordlichten worden gecombineerd in één lantaarn. De boordlichten zijn elk zichtbaar over een boog van de horizon van 112°30' (van recht vooruit tot 22,5° achterlijker dan dwars). Zij moeten op gelijke hoogte in één lijn zijn geplaatst, loodrecht op de lengteas van het schip.  +
Wordt gebruitk als hoogtereferentie bij boringen  +
Meestal ligt de Y-as in de voorwaartse richting van het vaartuig. In het verleden werd vaakcentrale echolood transducer als nulpunt gekozen, tegenwoordig wordt hiervoor ook de motion sensor gebruikt.  +
vaak in een krakkemikkig vaartuig  +
Het element kan geplaatst zijn ter ondersteuning en er kunnen een of meer borden aan bevestigd zijn.  +
Komt veel voor in Aziatische wateren, maar ook in de monding van de Trent (Groot-Brittannië), waar de bore `Eagre' wordt genoemd, en in de monding van de Amazone. Het effect kan verminderen of verdwijnen door verbeteringswerken aan de rivier.  +
Speelt een belangrijke rol bij voedselvergiftiging bij organismen. De belangrijkste symptomen van voedselvergiftiging zijn buikpijn, braken, zenuwstoornissen, beperkt gezichtsvermogen, droge mond enz.  +
Het Bsb is sinds 1 januari 1999 van kracht. Deze algemene maatregel van bestuur (AMvB) legt normen vast voor 130 stoffen. Het besluit is van toepassing op bouwstoffen (grond of overige steenachtige materialen) die buiten in een werk worden toegepast. Het besluit stelt regels voor het gebruik van steenachtige bouwstoffen die in contact kunnen komen met regen-, grond- of oppervlaktewater.  +
het Bouwstoffenbesluit (Bsb) stelt regels voor het gebruik van steenachtige bouwstoffen die in contact kunnen komen met regen-, grond- of oppervlaktewater. Het Bouwstoffenbesluit is per 1 juli 2008 vervallen. De regels voor bouwstoffen staan in het Besluit bodemkwaliteit.  +
Geen invloed van het getij.  +
Doorgaans vindt hier overwegend erosie plaats.  +
Voor Nederland: door Rijn en Maas gevoede rivierengebied (inclusief de IJssel), ten oosten van de lijn Schoonhoven - Werkendam - Dongemond, waarbij de waterstanden geen significante invloed ondervinden van de waterstand op de Noordzee en het IJsselmeer als gevolg van een zware storm. De getijhoogwaterstijging speelt hier geen rol.  +
doorgaans gevormd door een of meer dwarssteigers of twee meerpalen haaks op de steiger.  +
De belangrijkste overeenkomst tussen de typen zijn de grote totaalmassa en het feit dat gestoken monsters praktisch ongeroerd zijn.  +
De indeling is als volgt: Box 1: gelabeld geld (bijv. steenbekleding), box 2: basis pakket instandhouding (bijv. vast onderhoud) en box 3: overig (bijv. variabel onderhoud).  +
De totale concentratie van opgeloste zouten ligt gewoonlijk tussen de 1000 en 10000 mg/l. Bij meting van chloride, water met een chloridengehalte tussen 300 en 10.000 mg/l.  +
Dit betekent bijvoorbeeld dat aanverwante belangen als natuur, landschap, cultuurhistorie en recreatie 'meegenomen' worden mits de kosten in redelijke verhouding staan tot de totale kosten en deze belangen niet door een andere instantie kunnen worden behartigd.  +
Bijvoorbeeld het breken van de drijflaag in een gistingstank  +
gat in polderdijk  +
Het verbranden van biologisch materiaal en van fossiele brandstoffen is hiervan mede oorzaak.  +
Bekende typen zijn elzen- en berkenbroekbos  +
Hieronder wordt niet verstaan plaatsen waar in wateren, zoals sloten en plassen, kwel optreedt. In het verleden zijn bronnen wel kunstmatig gecreëerd, zoals de Veluwse sprengkoppen.  +
gelokaliseerde activiteit die een emissie in het milieu veroorzaakt en een (potentieel) verstorend effect heeft.  +
Het is minder wenselijk om de term bron te gebruiken voor onttrekkingputten.  +
Een bronbemaling wordt voornamelijk uitgevoerd om een stuk grond droger te maken. Er is verder een onderscheid mogelijk tussen vacuümbemaling en zwaartekrachtbemaling.  +
Feitelijk wordt hier gesproken over een kunstwerk waarmee een weg, spoorweg of leiding over een waterweg, leiding of terreinverdieping wordt geleid. Een brug is opgebouwd uit een onder- en bovenbouw, waarbij tot de onderbouw worden gerekend de landhoofden en tussenpunten inclusief de fundering. De bovenbouw betreft de constructie van het rijdek inclusief de leuningen. Op de onderbouw rust de bovenbouw. Een brug onderscheidt zich van een duiker ondermeer door de aanwezigheid onder de brug van een bodem die is toe te rekenen aan het overbrugde water, bij een duiker is er altijd een zekere samenhang tussen het grondlichaam, de kokervormige constructie en een waterloop, zodat de bodem van de waterloop in principe onderbroken wordt.  +
Wanneer een akker met aardappelplanten wordt beregend met slootwater waar bruinrotbacteriën in zitten, dan is de oogst verloren.  +
Het meet een lengte van maximaal 2 meter en een gewicht van 60 kg. Komt ook in de Noordzee voor.  +
De definitie van de Europese Commissie voor bruinvlees in krab is ruimer dan bovenstaande, namelijk: hieronder wordt het vlees uit het lijf verstaan, met daarin opgenomen o.a. de hepatopancreas (EC, 2011).  +
De BRT wordt uitgedrukt in registertonnen van 2,83 m3 = 100 kubieke voet.  +
De buffercapaciteit kan zowel berekend worden als experimenteel worden bepaald. Hierbij wordt nagegaan hoeveel (mol) sterk zuur of sterke base per liter oplossing moet worden toegevoegd om een kleine pH verandering te veroorzaken. De buffercapaciteit is dan de verhouding tussen het aantal mol sterk zuur of sterke base en de daardoor veroorzaakte pH-verandering. Eigenlijk moet een oneindig kleine hoeveelheid sterk zuur of sterke base worden toegevoegd  +
De periode ligt tussen die van wind- en getijgolven en houdt enkele uren tot dagen aan.  +
De buitenberm is in de regel een gedeelte uit een dijkprofiel, gelegen tussen buitenteen en kruin, met een helling tussen 1:15 en horizontaal, een breedte van maximaal 0,25 L0p  +
stroken grond ter weerszijden van de beschermingszones, die verband houden met het voorkomen van schade door extreme mechanismen (zoals explosie of leidingbreuk).  +
Bijvoorbeeld een uiterwaard. In tegenstelling tot het binnendijkse gebied is dit gebied niet beschermd tegen overstromingen.  +
Kleine kernen, gehuchten en buurtschappen waarvoor geen bebouwde kom is vastgesteld, worden tot het buitengebied gerekend.  +
In tegenstelling tot gewoon onderhoud gaat het hier niet om meer frequente kleinschalige werkzaamheden aan een waterstaatswerk. Bij watergangen gaat het om het verwijderen van bagger, het herstellen van grootschalige erosie en afkalving. Bij waterkeringen gaat het om onderhoud aan de vorm en constructie (het profiel), zoals grootschalige herstelwerkzaamheden en herprofilering van het talud. Bij andere kunstwerken gaat het ook om onderhoud aan de vorm en constructie, zoals herstelwerkzaamheden.  +
bijvoorbeeld graan, fosfaat, erts, chinaklei of suiker.  +
De meeste bulk carriers zijn niet groter dan 80.000 ton, omdat grotere schepen niet door het Panamakanaal kunnen.  +
Hierin kan de vangst levend bewaard kan worden.  +
Voor waterbeheerders is met name de beverburcht van belang  +
De burgemeester heeft besloten tot evacuatie  +
inwoner van een gemeente of staat, gewoon lid van de bevolking <=> militair  +
Er bestaan 2 vormen van bètastraling: ß- en ß+ straling. ß- straling ontstaat als een neutron in de atoomkern van een radioactieve stof uit elkaar valt in een proton en een elektron. Het elektron wordt met hoge snelheid uitgestoten in de omgeving, waar het zich kan binden aan een atoom met de vorming van een ion tot gevolg. ß+ stralen zijn protonen die veranderen in neutronen. Daarbij wordt een positron uitgescheiden. Een positron is een anti-electron: een deeltje antimaterie dat, als het in aanraking komt met een electron (zijn tegenpool), 'oplost' (men noemt dit annihilatie). Bij dit proces worden beide deeltjes omgezet in een gamma straal. Bètastraling is meer doordringend dan alfastraling en kan, afhankelijk van de energie, wel door de huid dringen. Een bekende hoog energetische bèta straler is strontium-90 welke zich in menselijke botten ophoopt. Bèta straling wordt tegengehouden door een aluminium plaat, dubbel glas of een bakstenen muur.  +
c
Er is geen CaCO3 afzetting beneden deze diepte  +
De mogelijke verschijnselen zijn: pijn, jeuk, huiduitslag, verlamming in armen en benen, kortademigheid, hoestaanvallen, benauwdheid, verlies van gezichts-, gehoor- en spraakvermogen, verlies van evenwichtsgevoel, braken, duizeligheid en bewusteloosheid, mogelijk gevolgd door de dood.  +
bijv. chemisch ongeval, scheepsongeval  +
Dit is wat er gedaan moet worden om de situatie te beïnvloeden, bijv. {niets doen}, {opruimen}, {neutraliseren}.  +
Bijv. {uitstroom stoppen}, {stof toevoegen}.  +
een calamiteitenbestrijdingplan is een onderdeel van het calamiteitenzorgsysteem, waarin de wijze van bestrijding van specifieke calamiteiten is uitgewerkt en waarin de algemene structuur van de calamiteitenorganisatie beschreven is  +
omvat het geheel van de bij de bestrijding betrokken medewerkers  +
het calamiteitenzorgsysteem bestaat naast het calamiteitenplan uit meerdere calamiteitenbestrijdingplannen en een aantal supplementen zoals het crisisvoorlichtingblad, een opleiding- en oefenprogramma, een netwerk- en een personeelsoverzicht  +
Een dof, grijs, bros metaal ontdekt door Davy in 1808. Het behoort tot de aardalkalimetalen in groep II van het periodiek systeem.  +
bijvoorbeeld in zwembaden en waterzuiveringsinstallaties. Het is vooral bruikbaar omdat het een stabiel, droog poeder is en in tabletvorm geproduceerd kan worden.  +
Dieren zoals vogels (kippen), runderen, varkens, honden, katten schildpadden en zelfs vliegen. De bacterie wordt gezien als de belangrijkste veroorzaker wereldwijd van bacteriële diarree  +
Mensen komen met de bacterie in aanraking door het eten van besmet voedsel en drinken van besmet water. In ontwikkelingslanden wordt de ziekte vooral gevonden bij kinderen tot 5 jaar en jongvolwassenen. De bacterie scheidt giftige stoffen uit die het darm  +
zoals de inhoud van de ladingruimten en tanks en het draagvermogen bij verschillende diepgangen en deklasten.  +
de capacitiet van een condensator verandert onder invloed van een bepaald verschijnsel  +
Dit wordt veroorzaakt door adhesie, cohesie en oppervlaktespanning waar het water de vaste stof raakt.  +
gebruikt voor Omgekeerde Osmose, nanofiltratie, ultrafiltratie en microfiltratie.  +
bestaat uit chitine.  +
Komen in de natuur veel voor als CaCO3, in mindere mate als MgCO3 en Na2CO3  +
Tijdelijke hardheid, deze hardheid wordt gewoonlijk veroorzaakt door waterstofcarbonaationen naast calcium- en/of magnesiumionen - door koken kan deze hardheid verwijderd worden.  +
zoals kreeften en krabben.  +
Een voorwerp dat loodrecht op de tweede ring is bevestigd, bijvoorbeeld een scheepskompas of een kooktoestel, zal onbeweeglijk waterpas blijven, in welke positie de buitenste ring zich ook bevindt.  +
Wordt vanwege de korte houdbaarheid meteen na de vangst gekookt. Wordt gevangen aan de kust en op de Waddenzee en voornamelijk geëxporteerd naar Groot-Brittannië, Frankrijk en Spanje.  +
CAS is een afkorting van Chemical Abstracts Service registry number.  +
Wanneer een activiteit op het moment van aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument of ter uitvoering van de Vogelrichtlijn of Habitatrichtlijn bestond en sedertdien onafgebroken heeft plaatsgevonden of 1°. iedere handeling die op 1 oktober 2005 werd verricht en sindsdien niet of niet in betekende mate is gewijzigd, en 2°. Iedere handeling die na 1 oktober 2005 is aangevangen en werd verricht op het moment van aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument, op het moment van aanwijzing van een gebied ter uitvoering van artikel 4 van de richtlijn 79/409/EEG, of op het moment van aanmelding van een gebied bij de Europese Commissie ter uitvoering van artikel 4, eerste lid, van richtlijn 92/43/EEG en die sedertdien niet of niet in betekenende mate is gewijzigd.  +
Naast het domein zijn er verschillende indelingen bij waterschappen in gebruik, zoals: - indeling naar 1e soort, 2e soort, 3e soort etcetera / - indeling naar hoofdwaterloop, waterloop, detailwaterloop etcetera / Deze indelingen zijn in principe eenvoudig te herleiden naar primair, secundair en tertiair  +
De categorieën die worden onderscheiden zijn: motoren, lichte voertuigen, ongeleed vrachtverkeer, ongelede bussen, geleed vrachtverkeer, trekkers, fietsen, bromfietsen en overig  +
de ontstane gasbellen door cavitatie veroorzaken corrosie van schoepen en schroeven  +
De methode omvat een gestandaardiseerde drukproef die zowel in het terrein als in het laboratorium kan worden uitgevoerd  +
Verplicht voor alle in Europa verkochte open- en kajuitboten met een romplengte tussen 2,5 en 24 meter. Uitzonderingen zijn boten voor speciale wedstrijden, kano's, kajaks, gondels, waterfietsen, zeilplanken, waterscooters, experimentele vaartuigen, casco's die door particulieren worden afgebouwd en niet binnen 5 jaar op de Europese markt worden verkocht, duikboten, luchtkussenvoertuigen, draagvleugelboten en originele historische vaartuigen (of eenmalige replica's) gebouwd van tekeningen van vóór 1950, die voornamelijk met de oorspronkelijke materialen zijn gebouwd.  +
Vastgesteld door de Conférence Européenne des Ministres des Transports - Conferentie van Europese Transport Ministers  +
Het CBRB is de grootste werkgevers- en ondernemersorganisatie in de binnenvaart in Nederland. De leden van het CBRB zijn prominent vertegenwoordigd in alle belangrijke deelsectoren van de binnenvaart, zowel op het niveau van de vervoerder als dat van vervoersorganisator. Ook kent het CBRB een omvangrijk netwerk van geassocieerde leden die betrokken zijn bij de bedrijfstak binnenvaart.  +
het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft tot taak het verzamelen en bewerken van gegevens met als doel het publiceren van statistieken ten behoeve van praktijk, beleid en wetenschap. Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. De wettelijke grondslag voor het CBS is de "Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek" van 20 november 2003 (Staatsblad 2003, 516). De CBS-wet is laatstelijk gewijzigd bij Wet van 15 december 2004, houdende wijziging van de Wet op het Centraal bureau voor de statistiek in verband met de uitvoering van de nieuwe Intrastatverordening (Staatsblad 2004, 695)  +
Gevestigd in Straatsburg  +
het coelo is een onafhankelijk onderzoeksinstituut verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen die zich richt op onderwerpen die verband houden met de decentrale overheden (gemeenten, provincies eb waterschappen) in de vorm van wetenschappelijk en toegepaste beleidsonderzoek  +
CROW is een Nederlandse organisatie die kennis over verkeer en vervoer bundelt. CROW werkt daarbij met werkgroepen van deskundigen uit de verschillende vakgebieden, die samen aanbevelingen en richtlijnen opstellen over bijvoorbeeld vormgeving en maatvoering van verkeersinfrastructuur. De CROW-richtlijnen hebben geen wettelijke status. CROW geeft alleen adviezen voor bijvoorbeeld de wegbeheerder.  +
Wildviaduct  +
Veel gebruikt in digitale camera's  +
Het woord is afkomstig van het Latijnse begrip carta partida.  +
Zowel charterschepen als de grootste categorie pleziervaartuigen in privé bezit.  +
Hij moet wachtlopen op de brug en mag die onder geen voorwaarde verlaten totdat hij behoorlijk is afgelost. Wanneer hij zich in de kaartenkamer bevindt moet hij ervoor zorgen dat dit veilig is en dat er goede uitkijk wordt gehouden. Hij blijft verantwoordelijk voor de veilige navigatie van het schip, ook al is de kapitein op de brug aanwezig. Pas wanneer de kapitein hem expliciet zegt dat hij de verantwoording voor de navigatie overneemt en dit wederzijds duidelijk is begrepen, mag de chef van de wacht de verantwoording overdragen.  +
Bijv. - gevaaromschrijving / - gedrag van de stof / - persoonlijke bescherming / - EHBO/slachtofferhulp / - (eerste) brandbestrijding / - lijst met synoniemen  +
N.B. Het is mogelijk dat per chemische stof meer dan een waarde voorkomt voor een chemicaliënrubriek. Met andere woorden: voorkomens van chemicaliënwaarde hoeven niet uniek te zijn.  +
Hoeveelheid zuurstof die nodig is om een liter verontreinigd water chemisch af te breken - de eenheid is uitgedrukt in milligram zuurstof per liter water (mg/l).  +
Oceanen bevatten bijna ieder element van de periodieke tabel en zijn op dat vlak uniek. De chemische oceanografie gaat veelal om het beschrijven van de cycli van deze elementen, zowel in de oceanen (hydrosfeer) als in andere compartimenten van de aarde (a  +
Anorganische moleculen (zoals waterstofgas en waterstofsulfide) worden eerst door het organisme geoxideerd, waarbij energie vrijkomt. Deze chemische energie (en niet zonne-energie) wordt gebruikt als energiebron voor de biosynthese. Vele bacteriën in en o  +
Komt onder andere voor langs de kust van Zuid-Amerika, tussen de Amazone en de Orinoco.  +
Het wordt gebruikt als een waterdesinfecteerder in openbare watergelegenheden, zoals zwembaden. Men gebruikt hier chlooraminen in plaats van chloor, omdat chloor in combinatie met organische stoffen gevaarlijke reactieproducten kan vormen. Chlooraminen komen in verschillende vormen voor, afhankelijk van de fysische en chemische eigenschappen van het water.  +
een metaboliet van chloorthiofos (casnr 60238-56-4).  +
Het wordt ook gebruikt bij de oxidatie van onzuivere stoffen in het water.  +
Chloorequivalent. Het aantal grammen opgeloste chloride per kilogram (zee)watermonster. De chloriniteit van zeewater aan onze kust is normaliter 16.6 promille  +
Chlorofyl A is een indicator voor algen / fytoplankton.  +
Deze bacterie kan in het lichaam terechtkomen door het drinken van water of eten van voedsel dat besmet is. Water kan besmet worden via de faeces en het braaksel van een geïnfecteerd persoon. Cholerabacteriën komen ook voor in brak water en kustwateren en in de schelpdieren die daarin voorkomen. Vaak is de infectie niet ernstig en zijn er geen of weinig symptomen. Soms zijn de symptomen zeer ernstig, vooral bij ondervoede mensen. Men krijgt last van waterige diarree, overgeven en beenkrampen. Het lichaam verliest hierbij veel vocht, waardoor uitdroging en shock kunnen plaatsvinden. Zonder behandeling gaat men binnen een paar uur dood.   +
Octopussen kunnen zelfs iedere individuele chromatofoor apart hanteren, zodat een grote verscheidenheid aan kleuren ontstaat.  +
Bloedarmoede komt wereldwijd veel voor. De belangrijkste oorzaak is een tekort aan ijzer. Verscheidene ziektes die door water verspreid worden dragen bij aan ijzertekort, hiertoe behoren malaria, schistosomosiasis en mijnworm. Bloedarmoede komt vooral voor in ontwikkelingslanden.  Bloedarmoede kan onder de gehele bevolking voorkomen. Zwangere vrouwen en jonge kinderen zijn het meest gevoelig. Bij de milde vorm van bloedarmoede zijn geen symptomen. De zwaardere vorm zorgt echter voor symptomen als vermoeidheid, duizeligheid en sufheid. De huid wordt bleek en ook de lippen, tong, nagelbedden en adertjes in het wit van het oog verliezen kleur. Bloedarmoede kan ook veroorzaakt worden door zwaar bloedverlies, bijvoorbeeld als gevolg van diarree, dat veroorzaakt wordt door water overgedragen ziektes.   +
Toets waarbij een stof in een voorgeschreven concentratiereeks in contact wordt gebracht met specifieke organismen om de toxische effecten van de stof op die organismen te beoordelen.  +
Tegengestelde van "accidentele verontreiniging".  +
Werd in 1759 geperfectioneerd door de Engelse horlogemaker John Harrison. Deze chronometer stelde zeelui in staat de geografische lengte nauwkeurig te bepalen. De mechanische nautische chronometer is een degelijk en zwaar uurwerk dat met behulp van veren loopt en is voorzien van mechanieken die het uitzetten of krimpen van het materiaal ten gevolge van temperatuurswisselingen compenseren. Moderne chronometers werken elektronisch, met behulp van kwartskristallen.  +
Er zijn 2 typen apparaten beschikbaar; apparaten die verticaal een monster nemen en die horizontaal een monster nemen. De inhoud van de cilinder is voor de meeste toepassingen 1 l à 2 l. Gebruik cilinders van polycarbonaat (toepasbaar voor alle parametergroepen). Zorg ervoor dat bij monsterneming voor de bepaling van zware metalen, de metalen delen van het toestel gecoat zijn (teflon of epoxyhars).  +
Deze zone wordt gedomineerd door dieren, planten zijn echter afwezig of zeldzaam. Niet hetzelfde als littorale zone.  +
Vervuild slib kan ernstige gevolgen hebben voor het milieu. Effecten op planten en dieren zijn al merkbaar bij klasse 2 - slib. Vervuild slib kan zich door opwerveling makkelijk van de ene naar de andere plek verplaatsen en op een andere plaats schade aanrichten. Ook kan op langere termijn het grondwater verontreinigd raken.  +
Dit gebeurt via de neutralisatie van ladingen.  +
Coccolieten zinken na afscheiding of sterfte van het organisme naar de bodem om daar uiteindelijk een van de belangrijkste diepzeesedimenten te vormen. Coccolieten zijn samengesteld uit calciumcarbonaat en vormen de belangrijkste component van kalkafzetting  +
Validatie versus verificatie / De begrippen validatie en verifcatie zijn controversieel in de wetenschap aangezien er geen concensus is over de fundamentele vraag ten aanzien van het feit of een waterbronnen model gevalideerd of geverifieerd kan worden en  +
de wederzijdse aantrekking tussen de fijne gronddeeltjes van sommige grondsoorten, waardoor deze bij elkaar worden gehouden tot een vaste massa zonder externe krachten  +
Te voorkomen door een survivalpak, dat gewoon als zeilpak wordt gedragen en zich bij het te water raken automatisch opblaast.  +
Bacterie testen dienen overwogen te worden om de aanwezigheid van bacteriën in voedingsmiddelen te onderzoeken.  +
Indeling van een diergroep naar voedselopname. In dit geval een voedselverzamelaar  +
Colloïde deeltjes zijn gewoonlijk in de orde van 10-9 tot 10-7 m groot.  +
een onafhankelijk adviesorgaan welke de Minister en de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat en het parlement gevraagd en ongevraagd adviseert over wetgeving op het gebied van de waterstaatszorg  +
De CROW-richtlijnen hebben geen wettelijke status. CROW geeft alleen adviezen voor bijvoorbeeld de wegbeheerder.  +
Het compartiment is onderdeel van het leefmilieu. Binnen een soort compartiment is een verdere onderverdeling mogelijk. Voorbeelden zijn: water, bodem, zwevend stof, lucht, grondwater  +
Een gebied dat omgeven is door een dijkring verder opdelen door tussendijken ter beveiliging tegen overstroming.  +
Indien die waarden onvervangbaar zijn, heeft de compensatie betrekking op het creëren van zo gelijk mogelijke waarden. Compensatie vindt plaats buiten het plangebied, maar nog wel binnen hetzelfde stroomgebied of watersysteem.  +
dit gebeurt doorgaans door het verdampen van de vloeistof.  +
Ook het verzamelen en bestuderen van schelpen valt onder de conch(yli)ologie.  +
Het product van verdichting van gas of damp tot vloeistof door druk, afkoeling of door beide  +
bijvoorbeeld vochtgehalte via mineralisatie naar stikstofbeschikbaarheid, of zuurgraad via fosforbeschikbaarheid naar de plant.  +
Vanuit deze parameters kan eveneens de saliniteit berekend worden. Op de verwerkingseenheid van de CTD kunnen ook andere instrumenten worden aangesloten.  +
Deze gedeelten moeten worden vervangen en al het hout, ook het nieuwe, moet worden behandeld met een goed conserveringsmiddel.  +
Wordt uitgegeven door het ministerie van Landbouw en Visserij.  +
Een functiemodel is consistent wanneer het aantal waarnemingsgrootheden juist voldoende is om de onbekenden te berekenen. Een oplossing is consistent als er geen tegenspraken optreden bij het invullen van de vereffende of berekende waarden in het model waarmee de oplossing is vereffend of berekend  +
Het volume van de grond neemt hierdoor af.  +
Voorbeeld van gebruik: betonconstructie, staalconstructie, buisconstructie, kokerconstructie.  +
Alle waterlijnen boven de constructiewaterlijn worden op de tekening doorgaans weergegeven door stippellijnen.  +
Dit begrip wordt toegepast in de bepaling van de economische netto opbrengst van water. Het consumenten overschot kan afgeleidt worden uit de vraagfunctie van water (inverse functionele relatie).  +
Ze worden tussen verticale geleiders op elkaar gestapeld. Ongeveer een derde van de totale lading wordt als deklast vervoerd. Vaak zijn er aansluitingen voor koel- en vriescontainers. Om een containerschip te kunnen lossen of beladen zijn speciale containerterminals nodig  +
Tot ongeveer 200 m diepte.  +
Continenten zijn voortdurend in beweging en verplaatsen zich met enkele centimeters per jaar over de aarde. Dit fenomeen wordt continentale drift genoemd en wordt tegenwoordig toegeschreven aan de "platentectoniek". Volgens deze theorie is het buitenste d  +
In dit gebied daalt de bodem van ongeveer 200 meter diepte naar 2500 meter diepte. Deze helling eindigt bij de "abyssale vlakte".  +
De buis is verlengbaar. De steunkous is voorafgaand aan het steken opgestroopt in de steekkop.  +
Er mag dus geen uitval of degradatie van het systeem plaatsvinden.  +
Deze controle moet worden uitgevoerd op basis van hoogwater informatie, een inspectie van de maaiveld profielen en lokale kennis. Deze niveaus moeten dan gebruikt worden in plaats van de putdeksel hoogten.  +
Het gaat om de overheidsorganisatie die de controle van de vergunning uitvoert of uitbesteed heeft.  +
Dikwijls wordt hieraan een privaatrechtelijke verklaring van een particulier wordt toegevoegd, dat hij zich aan de bepalingen van het convenant zal houden.  +
In Nederland: Rijn, Waal, Lek, Neder-Rijn en Pannerdensch Kanaal  +
Een van de krachten die de watercirculatie in de oceanen veroorzaakt. De corioliskracht neemt toe naarmate de windkracht toeneemt. Zij werkt loodrecht op de bewegingsrichting: op het noordelijk halfrond naar rechts en op het zuidelijk halfrond naar links. Vaar- en vliegtuigen moeten hun koers dus voortdurend aanpassen.  +
Het teken is dusdanig dat de correctie opgeteld kan worden bij de waarneming als positief getal.  +
Hieronder vallen ook de status wijzigingen van WOZ object beschikkingen die via Stuf WOZ van de gemeente binnen kunnen komen.Gekoppelde rollen subject kunnen zijn heffingsplichtige of rechtsverhouding aanvrager. De inhoud van de correspondentie (de tekst) is buitenbeschouwing gelaten, dit kan eventueel met een Documentaire Informatie Systeem (DIS) gedaan worden.  +
Een corridor betreft een set vaarwegen in het gebied tussen twee economische centra. De vaarwegen kunnen zowel routes over zee, hoofdtransportassen, hoofdvaarwegen zijn als het overige vaarwegennet. De economische centra kunnen centra voor handel, industrie en overslag van goederen zijn, alsook centra van recreatie. Een corridor beslaat daarmee het gehele gebied tussen de twee centra, inclusief de overslagpunten in deze centra en is niet beperkt tot de vaarwegen alleen.  +
wordt bv in de drinkwater controle gebruikt voor stalen en gietijzeren leidingen  +
Het stelsel wordt gedefinieerd door een oorspong en oriëntering.  +
Formeel is een coördinaatstelsel de realisatie van een coördinaatsysteem.  +
bijvoorbeeld nachtzwaluwen. Het is het tegengestelde van een "diurnale" en "nocturnale" levenswijze.  +
GRIP-fase  +
Voor een aantal soorten is het moeilijk te zeggen of ze nu al dan niet inheems zijn. Deze twijfel kan ontstaan bij soorten die wereldwijd verspreid zijn en bij soorten die vroeger niet goed bekend waren omdat de kennis en de technieken om ze te onderzoeke  +
De symptomen van Cryptosporidiose zijn waterige diarree, misselijkheid, buikkrampen, gewichtsverlies, overgeven en lichte koorts. Mensen met een verlaagde weerstand of een slecht werkend immuunsysteem zijn gevoelig voor infecties met Cryptosporidium. Bij hen kan een infectie resulteren in hevige uitdroging en sterfte. Er bestaan nog geen medicijnen om cryptosporidiosis te behandelen. Cryptosporidium oocysten zijn alom vertegenwoordigd in waterige milieus. Ze komen vooral voor in oppervlaktewateren. Bij 1 tot 4% van de mensen in Europa met buikgriep blijkt Cryptosporidium voor te komen. Voor de rest van de wereld ligt dit tussen 3-20%. De meeste uitbraken van Cryptosporidiose worden in verband gebracht met vervuild drinkwater en zwembaden en recreationeel water.  +
Er zijn verschillende leden van de Cryptosporidium familie beschreven. Cryptosporidium parvum veroorzaakt bij mensen infecties. In 1976 werden de eerste gevallen van cryptosporidiosis bekend. Cryptosporidium behoort wereldwijd tot een van de meest voorko  +
deze daling wordt veroorzaakt door mensen.  +
De bestudering van het onroerend deel van het cultureel erfgoed, bestaande uit het bodemarchief (archeologie), de sporen van menselijk handelen in het landschap (historische geografie) en de gebouwde omgeving (bouw-/kunsthistorie)  +
over het geheel van 14 dagen wordt de cumulatieve ATP-concentratie gemeten, weergegeven als de cumulatieve biomassaproductie over 14 dagen (BPC14) en dit is een indicatie voor de totale concentratie afbreekbare stoffen  +
Meestal gegraven om een betere ondergrond te kunnen aanbrengen  +
Bij scheiding komt 50% van de deeltjes van die diameter in de onderloop, 50% in de bovenloop van de hydrocycloon terecht.  +
Als deze waarde tussen twee meetwaarden in valt, wordt op voorgeschreven wijze altijd één van deze twee waarden uit de reeks genomen. CUWVO-percentielen zijn eenvoudig te bepalen omdat de waarde altijd overeen komt met één van de meetwaarden uit de meetreeks.  +
Zwaar giftig, cyanide opgenomen in het menselijk lichaam veroorzaakt ademnood en de dood binnen enkele seconden. De dodelijke dosis wordt geschat op 0.06 g. Afvalwater afkomstig van metaalveredeling bevat cyanide.  +
Grote groep tot fotosynthese in staat zijnde prokaryoten - sommigen produceren onder bepaalde omstandigheden metabolieten of toxinen die schadelijk zijn voor mens en dier. Cyanobacteriën vallen onder de groep SchimmelBacterieVirus in de domeintabel Parameter.  +
Komt veel voor boven de Indische Oceaan, de Golf van Bengalen en de Arabische Zee.  +
De richting van de bladen kan mechanisch worden verplaatst, waardoor de stuwkracht alle kanten op kan worden gericht en men in principe geen roer nodig heeft.  +
Dit is vaak inclusief de tijd die nodig is voor het schoonmaken.  +
toxische werking op de cellen, wat tot celdood leidt - gezegd van elke chemische verbinding, verdovende, vervuilende of radioactieve stof welke schadelijk is voor de cellen van levende organismen.  +
d
D-tochten vormen de overgang van kavelsloot naar tocht en beginnen doorgaans daar waar overtollig water van meer dan 40 hectare landbouwgrond moet worden afgevoerd.  +
doorgaans zonder slaapaccommodatie.  +
Uiteraard alleen van toepassing waar twee hoogwaters / laagwaters per dag optreden.  +
Dit kan bijvoorbeeld een ankerbol zijn, maar ook een motor/zeilkegel of een vissersmand.  +
Functies van dammen en soorten dammen: verbinding van twee landdelen via water (verkeer), afsluiten ongewenste stroming (afsluitdam/-dijk), of richting geven aan stroming (leidam, geleidedam, strekdam) of om rustiger water maken (golfbreker, havendam, beschermingsdam bij vooroever). Ook functie opstuwen rivierwater en/of afsluiten dal voor wateropzameling (stuwdam, teven relatie met stuw).  +
Damwanden worden in vele waterbouwkundige toepassingen gebruikt, hetzij permanent, hetzij tijdelijk: als kademuur langs een haven / als oeverbescherming langs een kanaal / als onderdeel van een dijk of andere waterkering / als wand van een bouwput of bouwkuip / als middel om bodemvervuiling te immobiliseren / als wand van een ondergrondse parkeergarage / als wand voor schuren, loodsen e.d. Bij een tijdelijke toepassing van een damwand, bijvoorbeeld bij een bouwput, wordt deze na voltooiing van het werk weer verwijderd. In andere gevallen is de damwand een permanent onderdeel van de constructie.  +
het DINO-systeem is de centrale opslagplaats voor geowetenschappelijke gegevens over de diepe en ondiepe ondergrond van Nederland. Het archief omvat diepe en ondiepe boringen, grondwatergegevens, sonderingen, geo-elektrische metingen resultaten van geologische, geochemische en geomechanische monsteranalyses, boorgatmetingen en seismische gegevens  +
Wanneer een relatief kleine waterloop uitmondt in een grote waterloop, ligt het knooppunt behorende bij de entiteit Vak in principe in het midden van de grote waterloop. De locatie van het referentiepunt (oorsprong) van de afstandsaanduiding ligt echter op de plaats waar de kleine waterloop in de grote uitmondt. Binnen het voorgestelde gegevensmodel is niet bekend op grond van welke wijziging de legger opnieuw is vastgesteld. Bovendien kunnen in de praktijk van waterlopen leggergegevens zijn vastgelegd, waarvan de legger nog niet officieel is vastgesteld. Hier kan soms een periode van een jaar tussen zitten. De genoemde datum correspondeert dan niet met de juiste leggerafmetingen.  +
Komt meestal dubbel voor. Enkele davits worden alleen als ankerkraan gebruikt.  +
Niet echt zeewaardig.  +
Het meest gebruikte proces is het uitwisselingsproces waarbij kationen en anionen afzonderlijk van elkaar worden verwijderd.  +
Het programma geeft een waarschuwing als dit debiet niet volgehouden kan worden zonder aanvullende druk op de klep.  +
De debietpotentiaal wordt in geval van afgesloten grondwater verkregen door vermenigvuldiging van doorlatendheid k, dikte van het watervoerende pakket D en stijghoogte h plus een constante Cc. In geval van niet-afgesloten grondwater is de debietpotentiaal gelijk aan de helft van het product van k en h in het kwadraat (t.o.v. de ondoorlatende basis van het freatische pakket) plus een constante Cu.  +
hierbij wordt gebruik gemaakt van contacttorens of luchtschrobbers.  +
Maakt gebruik van speciale kaarten, bedrukt met paarse, groene en rode hyperbolen. Het ontvangapparaat geeft de tijdsverschillen automatisch aan op drie wijzerplaten.  +
Bevat beleidsvoornemens voor de komende periode. Gebaseerd op informatie uit de stroomgebieden met een globale inschatting van de kosten en maatregelen.  +
Sommige harmonische componenten hiervan zijn enkeldaags (o.a. O1, P1 en K1), andere (o.a. K2) dubbeldaags. Bij een enkeldaags regime zullen de declinatiegetijden overheersen.  +
De meter geeft aan in welke decompressiezone de duiker zich bevindt (15, 12, 9, 6 of 3 meter). De decompressie moet plaatsvinden op de aangewezen diepte - eerder mag de duiker niet opstijgen.  +
In België: met wet op gelijke hoogte gestelde verordening uitgevaardigd door gemeenschapsraad en - executieve of door gewestraad en - executieve.  +
Net als voor de bekkens, gebeurt de afbakening op basis van hydrologische en geomorfologische kenmerken.  +
Bij een deelmonster is het belangrijk een representatief deel uit het grotere geheel te verkrijgen bijvoorbeeld door het totale monster te homogeniseren of door steekproeven. Het aantal steekproeven is afhankelijk van de het totale monster.  +
Deelprogramma's hebben een meerjarig karakter en zijn binnen RWS onderwerp van contractafspraken tussen SG en DG-RWS (D2-Deelprogramma) en tussen DG-RWS en HID (D3-Deelprogramma).  +
Het wordt meestal uitgedrukt in micron maten.  +
Deze laag blijkt 's avonds te stijgen en 's ochtends te dalen. Het is zo genoemd, omdat het de eigenschap heeft om geluidsgolven te weerkaatsen, zoals de zeebodem. In het jargon wordt deze laag daardoor 'valse bodem' genoemd. De DSL-laag is voornamelijk s  +
vaak wordt ijzerchloride of ijzerhoudend zand en grind aan het water toegevoegd, waarmee het fosfaat zich bindt waardoor het in vlokken naar de bodem zakt  +
De periode ligt tussen de 10 en 33 1/3 seconden. De deiningshoogte wordt in Nederland spectraal bepaald.  +
Deze mag niet zo zwaar zijn dat de stabiliteit van het schip erdoor in gevaar komt, en niet zo hoog dat de veilige navigatie wordt belemmerd.  +
Mogen slechts worden vervoerd op reizen die korter dan 48 uur duren.  +
De dekwasslang wordt gebruikt voor het schoonspuiten van het schip en de ruimen en voor het blussen van branden.  +
meestal wordt deze term alleen gebruikt voor ionenuitwisselingsprocessen.  +
Dit kan plaatsvinden door middel van absorptie, adsorptie, degradatie, dilutie of transformatie.  +
De schotten in deze vispassage remmen de sterke stroming af en werpen ook een turbulente tegenstroom op. Deze vispassages zijn daarom alleen geschikt voor sterke vissoorten.  +
De denitrificatiesnelheid kan worden uitgedrukt in hoeveelheid stikstof per massa droge stof per tijdseenheid.  +
Taakgebieden kunnen zijn: milieu, gezondheidszorg, landinrichting  +
Bv slak. Macroinvertebraten worden ingedeeld in groepen naar de manier waarop zij hun voedsel verzamelen (functionele groepen)  +
Dit kan optreden als natte (met regen, sneeuw e.d.) en droge depositie.  +
Overigens is er volgens de wet pas sprake van desertie wanneer er a: sprake is van een arbeidsovereenkomst waarin de verplichtingen ten aanzien van de dienst aan boord duidelijk zijn omschreven en b: genoemd handelen van de schepeling direct gevaar voor het schip, de opvarenden en de lading oplevert.  +
maar ook bijvoorbeeld het zuiveren van vloeistoffen en oppervlakken van diverse verontreinigingen. Hier kunnen verschillende technieken voor worden gebruikt, bijvoorbeeld met behulp van ozon. Vaak komt het neer op het uitschakelen van aanwezige micro-organismen met een biocide  +
het omgekeerde proces van adsorptie.  +
In opslagreservoirs staat het voor de tijd waarin het water wordt opgeslagen.  +
In de geotechniek vaak aanduiding voor fijn plantaardig materiaal wat als bijmengsel voorkomt. Bv. Gevallen blad, takjes, dood hout etc. In een oorspronkelijke toestand een waterrijke massa zonder een geordend verband tussen de deeltjes. Na bedekking door een grondlaag is het samengeperst  +
vissoort die een deel van zijn levenscyclus in een rivier doorbrengt en de rest in zee of omgekeerd.  +
Wordt onder andere gebruikt als mistsignaal op lichtschepen en op het uiteinde van havenhoofden.  +
dialyse waterkwaliteit dient bewaakt te worden en analyse kunnen verricht of uitbesteed worden aan (drink)waterlab.  +
Men kan diarree voorkomen door een goede hygiëne bij het toiletbezoek en de bereiding van voedsel in acht te nemen. Het gebruik van niet behandeld of onvoldoende gedesinfecteerd water kan er echter voor zorgen dat mensen geïnfecteerd worden met ziektever  +
staan aan de basis van het voedselweb  +
In het geval van oppervlaktewater betreft het meestal gradiënten van de temperatuur of het zoutgehalte. Door het hoogteafhankelijke karakter van de stroming treedt doorgaans ook een verticale dichtheidsgradiënt op (stratificatie)  +
Naast dienstkringen welke watersysteemdelen in beheer hebben zijn er ook zogenaamde "droge" dienstkringen die bijvoorbeeld een of meer Rijkswegen in beheer hebben.  +
De te onderscheiden zones voor het begroeibaar areaal zijn voor de KRW gestandaardiseerd wat hun dieptebereik betreft, en wel > 3 m diep (X-zone). Tot mogelijk 7,5 m diep zal er vegetatie worden beschouwd  +
Wordt in de stevens gehakt of opgelast en moet steeds goed zichtbaar zijn.  +
Hun bouwplan wordt vastgelegd naarmate ze zich ontwikkelen, vaak in een vroege fase en in de vorm van embryos, hoewel sommige later nog een metamorfoseproces ondergaan. Ook de mens behoort tot het Rijk der Dieren.  +
Bijv. een koe in een kanaal geraakt.  +
De kracht en acceleratie van de dieselmotor worden geregeld door de hoeveelheid dieselolie die in de cilinder wordt gepompt.  +
Bijvoorbeeld belasting via de bodem of lucht  +
wij nemen de situatie waar via het digitaal-terreinmodel  +
Ook andere schepen vangen de noodoproep automatisch op en kunnen te hulp komen. Het DSC-signaal is onder andere gekoppeld aan kanaal 70 van de marifoon en andere VHF-, MF- en HF-systemen, waarnaar de continu luisterwacht van kanaal 16 zal worden verplaatst. Marifoons die niet zijn uitgerust met DSC-faciliteiten mogen niet zijn voorzien van kanaal 70. DSC is onderdeel van het GMDSS en maakt gebruik van het MMSI-systeem, dus niet van ATIS.  +
is dijkbewaking gerealiseerd  +
De dijkbewakingsorganisatie houdt toezicht op de dijk bij bijvoorbeeld hoogwater en/of droogte en controleert daarmee op problemen en mogelijk ontstane schade. De organisatie legt vast waar problemen zich voordoen en prioriteert de risico’s die ontstaan, zodat de water(kering)beheerder adequate maatregelen kan treffen.  +
welke dijkbewakingsectie heeft ondersteuning nodig  +
hoeveel kans is er op een dijkbreuk  +
Het Wilnis-incident  +
De dijkgraaf is de voorzitter van het college van dijkgraaf en hoogheemraden (dagelijks bestuur) en de verenigde vergadering (algemeen bestuur). De dijkgraaf wordt niet net als de rest van het bestuur gekozen, maar benoemd door de Kroon  +
Een vooruitgeschoven verdediging ten behoeve van de bescherming van zwakke punten in de waterkering.  +
Bij afstandsaanduidingen op een waterkering wordt veelal de dijkpaal als referentiepunt gehanteerd - bij dergelijke relatieve afstandsaanduidingen wordt de afstand uitgedrukt in meters ten opzichte van de dichtst bij staande dijkpaal in plaats van ten opzichte van het nulpunt van de waterkering.  +
welke dijkpost verwacht een kritieke fase  +
volgens de waterwet is een dijkring een stelsel van primaire waterkeringen dat, al dan niet tezamen met hoge gronden, beveiliging biedt tegen overstroming, in het bijzonder door buitenwater.  +
Dijktrajecten zijn met ingang van 2017 in de Waterwet openomen als ruimtelijke eenheden voor de veiligheidsnorm  +
Meestal ontstaan doordat een diepe geul dicht langs de kust stroomt en bij eb de druk wegvalt zodat het zand onder de dijk in een vloeibare massa verandert.  +
Wordt in de fysica gebruikt om afgeleide grootheden om te zetten naar basisgrootheden: massa, lengte en tijd.  +
Bij een watergang betreft dit vorm en afmetingen.  +
Er is zorg ten aanzien van de potentiële giftigheid en de vervuiling hiermee in commerciële producten.  +
deel van een zeiltuig. De lijn waarmee de giek van een zeilschip wordt opgehouden wanneer er niet gezeild wordt  +
Als voorbeeld de relatie tussen waterhoogte en debiet  +
Het percentage geeft een waardeoordeel weer gebaseerd op een compromis tussen het huidige gebruik en het creëren van kapitaal zoals gezien vanuit het standpunt van een bestuurder.Een laat discontopercentage is gunstig voor de constructie van publieke werken zoals in de watersector.  +
worden gebruikt bij de bestrijding van olievlekken op zee. Het middel wordt op de olievlek gesproeid (vaak met een vliegtuig), waardoor de olie in kleine druppeltjes uiteenvalt.  +
Dit proces wordt bepaald door de van plaats tot plaats in grootte en richting variërende snelheid van de waterdeeltjes in de poriën (mechanische dispersie) en door moleculaire diffusie.  +
De som van de diffusiecoëfficiënt en het product van de (grondwater-)stromingssnelheid en de dynamische dispersiviteit.  +
Het doel van een analyse van disproportionele kosten is te voorkomen dat onrealistische en excessieve maatregelen leiden tot onacceptabele sociale en/of economische kosten. Goede definitie lijkt gezocht te moeten worden in de richting van onhaalbaar grote uitgaven om een chemisch of ecologisch doel te verantwoorden. Het Europese Hof zal t.z.t. wel uitsluitsel geven.  +
toepasbaar in productlijjn wl en het proces BI (Biologisch en/of fysisch chemisch hoofdproces voor het zuiveren van afvalwater)  +
bijv. door het natuurlijke systeem in de procesformuleringen zo nauwgezet mogelijk na te bootsen of door het natuurlijke systeem als een neerslag-afvoersysteem te simuleren.  +
Deze definitie is vaak met betrekking tot dieren en planten. Het is tegengesteld aan een "nocturnale" (nachtactief) en "crepusculaire" (actief tijdens de schemering) levenswijze.  +
Deze dode hoek mag hooguit 350 meter zijn, en is onder andere afhankelijk van de hoogte van de deklast en de stuurlast van het schip. Zolang men zich in de dode hoek bevindt, is er sprake van een gevaarlijke situatie.  +
Dode zones in het mariene milieu kunnen veroorzaakt worden door "eutrofiering"  +
Hierbij wordt ook aangeven of het doel ongewijzigd kan blijven of moet worden aangepast.  +
Voorbeelden: spitsstrook, inhaalverbod vrachtverkeer.  +
Ter verduidelijking een voorbeeld: het meten van bijvoorbeeld een zuurgraad en een concentratie van een bepaald zwaar metaal vindt in dit voorbeeldplaats op één fysiek meetpunt. De wijze waarop de zuurgraad wordt gemeten (lakmoespapiertje) verschilt met de wijze waarop de concentratie wordt gemeten (via een monster en de analyseer van). Derhalve zijn er twee entiteiten soortmeting op meetpunt vastgelegd, namelijk voor het lakmoespapiertje en voor de monstername. Beide entiteiten soort meting op meetpunt zijn gekoppeld aan een eigen set van meetnormen, relatie naar subjecten :- rol beherende instantie- opdracht gevende instantie  +
Deze beweging wordt beschouwd als de grote boosdoener bij het ontstaan van zeeziekte.  +
in het Nederlandse getijgebied na 2 à 3 dagen. Naast de globale aanduiding waar het meervoud (getijden) in de definitie betrekking op heeft, kan b.v. in berekeningen een exact punt in de halve maancyclus worden gehanteerd.  +
waardoor er (in de tropen) geen koeling aan boord is.  +
De oorzaak is een laag zoet of brak water op het zwaardere zeewater, waardoor inwendige golven optreden en de getijden zich niet meer laten gelden.  +
Dit fenomeen is reeds lang onderkend en is feitelijk het resterende deel van een stroming hydrograaf waarbij geen rekening is gehouden met valse stromingen, grondwater infiltratie en afstroming.  +
Komt voornamelijk door onoordeelkundig beladen van het schip.  +
Bij doorlatende stenen stroomt het regenwater direct door naar de funderingslaag. In deze laag zit voldoende berging om het water vervolgens te laten infiltreren in de bodem of vertraagd af te voeren naar oppervlaktewater. De twee onderscheiden typen stenen zijn: - stenen met nokken of inkepingen / - poreuze stenen  +
Bij doorlatende verharding stroomt regenwater direct door naar de funderingslaag. In deze laag zit voldoende berging om het water vervolgens te laten infiltreren in de bodem of vertraagd af te voeren naar oppervlaktewater. De twee belangrijkste typen doorlatende verharding zijn: - halfverharding / - stenen  +
Meestal uitgedrukt als de benodigde tijd voor een complete verversing.  +
De kwaliteit van het water is dan zodanig, dat het de voorkeur heeft dit water te vervangen door gebiedsvreemd water.  +
De noordwestelijke doorvaart.'  +
Gelijk aan strijkhoogte vermeerderd met de schrikhoogte. Bij een brug met gewelfde onderkant wordt de doorvaarthoogte bepaald op een afstand van één maal de breedte van het maatgevende schip, gerekend vanaf de vaarwegas  +
Een brug over een sluiscomplex bestaande uit n sluizen komt overeen met een brug met n doorvaartopeningen.  +
Bijvoorbeeld tussen de hoofden  +
Hierbij zijn verschillende gradaties denkbaar: van sterk naar zwak: het plan moet door de lagere planwetgever in acht genomen worden / de lagere wetgever moet met het plan rekening houden / het plan moet door de lagere planwetgever erbij betrokken worden  +
gewoonlijk gemeten met een Secchischijf  +
Wanneer zender en ontvanger elkaar naderen, neemt de frequentie van de golf toe en wordt de golflengte verkort, waardoor het geluid hoger van toon wordt en het licht blauwer van kleur. Verwijderen zender en ontvanger zich van elkaar, dan wordt het geluid lager van toon en wordt het licht roder van kleur. Het Doppler-effect wordt gebruikt om de snelheid en afstand van objecten te meten.  +
Aanduiding wordt gemakshalve ook gebruikt wanneer organismen niet worden blootgesteld aan een dosis maar aan een bepaalde concentratie van een toxicant. Strikt genomen is in dit geval echter sprake van een concentratie-effect-relatie.  +
zoals koud of zout water ('zwaarder') tegenover warmer of zoeter water ('lichter'). Downwelling is een onderdeel van de "thermohaliene circulatie" in de oceanen.  +
Het draagvermogen wordt uitgedrukt in tonnen van 1000 kilo  +
De jetfoil is een verbeterde versie van de hydrofoil  +
Voorbeelden: sleuf, poreuze buis enz  +
vanuit de drainageput wordt het verzamelde water weggepompt, wordt bijvoorbeeld gebruikt bij het leegzetten van een tank  +
Wordt meestal gebruikt om in noodgevallen meteen houvast te hebben.  +
bv objecten die mogelijk een gevaar opleveren voor de scheepvaart.  +
kan ook door mensenhanden bewust zijn gemaakt, bijvoorbeeld in een sluis  +
Wordt onder andere veroorzaakt door wind (wraak) en stroming  +
Wordt door het water getrokken om de weerstand te vergroten en het verlijeren te verminderen. Uitgevierd vanaf de boeg kan het drijfanker bij zwaar weer helpen om de boeg recht op wind en golven te houden.  +
Bijvoorbeeld waterlelie, kikkerbeet, watergentiaan en eendekroos. Voor de toetsing en beoordeling voor de KRW moet de parameter ‘Grote drijfbladplanten’ worden gebruikt.  +
Drijvende afscheidingslaag  +
Elk drijfnet is ongeveer vijftien meter hoog, vijfenveertig meter lang en heeft een maaswijdte van minimaal 75 millimeter. Elk schip heeft er doorgaans zo'n tachtig aan boord. Vaak wordt een groot aantal netten naast elkaar uitgezet, waardoor een kilometers lang gordijn ontstaat, een zogenaamde Muur des doods.  +
Een geheel of gedeeltelijk in een vloeistof gedompeld lichaam ondervindt van de vloeistof een opwaartse kracht die gelijk is aan het gewicht van de door het lichaam verplaatste hoeveelheid vloeistof.  +
Bijvoorbeeld baggermolens, sleepzuigers, elevatoren, bokken en kranen.  +
de overstroming treft het drinkwaterreservoir  +
Deze richtlijn is geïmplementeerd in de waterleidingwet(vervallen op 1-7-2007) en vervolgens in de drinkwaterwet.  +
Deeltjes belanden door de zwaartekracht in het water en op het land.  +
de Waterwet beschrijft alleen dat een deel van een oppervlaktewaterlichaam kan worden aangewezen als droger oevergebied. Er wordt geen definitie gegeven van de onderscheidende kenmerken of eigenschappen. Zoals Helpdesk Water het stelt: Drogere oevergebieden worden tot de landbodem gerekend en daarop is de Wet bodembescherming van toepassing. Drogere oevergebieden behoren echter wel tot het waterstaatswerk, zodat onder meer de gedoogplichten van hoofdstuk 5 van de Waterwet daar ook van toepassing zijn. Drogere oevergebieden bestaan alleen voor zover ze uitdrukkelijk zijn aangewezen in de Waterregeling (rijkswateren) of een provinciale verordening (regionale wateren). De meest omvangrijke drogere oevergebieden bevinden zich in het rivierbed van de rijksrivieren. De rijksrivieren worden volgens artikel 3.1 lid 2 Waterwet begrensd door de buitenkruinlijn van de primaire waterkeringen, of door hoogwaterkerende gronden. De lijn van hoogwaterkerende gronden langs de onbedijkte rivieren omvat het gebied dat eenmaal per 1250 jaar onder water staat. Dit is een veel groter gebied dan het gebied dat van oudsher onder het waterkwaliteitsbeheer van het Rijk valt. De gebieden waar het Rijk geen waterkwaliteitsbeheer voert, maar die wel binnen de lijn van hoogwaterkerende gronden vallen, zijn op de kaartbijlagen bij de Waterregeling aangewezen als drogere oevergebieden. Drogere oevergebieden zijn ook te vinden op andere locaties, zoals in de uiterwaarden langs de bedijkte rivieren, langs het IJsselmeer en in regionale oppervlaktewaterlichamen. In drogere oevergebieden gelden de regels van de Waterwet over het lozen niet, maar vanuit waterveiligheidsoptiek zijn in deze gebieden wel beheermaatregelen van kracht.  +
Men onderscheidt drijvende en gegraven droogdokken.  +
bij analyses van waterbodemmonsters worden concentraties uitgedrukt in gewichtshoeveelheid geanalyseerde verbinding per gewichtshoeveelheid onderzochte stof bijvoorbeeld mg/kg. De gewichtshoeveelheid van de onderzochte stof varieert echter met het vochtgehalte en daarmee varieert de uitslag van de analyse ongewenst. Om dit probleem te omzeilen wordt in dergelijke gevallen de concentratie uitgedrukt in gewichtshoeveelheid geanalyseerde verbinding per gewichtshoeveelheid onderzochte stof op droge stof basis bijvoorbeeld mg/kg mg/kg dg (drooggewicht)  +
Een installatie om een bepaald product, bijvoorbeeld slib, met een x-percentage droge stof, een Y-percentage droger te maken.  +
De hoeveelheid droge stof, die men vindt door een monster volledig in te dampen op een waterbad, vervolgens te drogen in een droogstoof bij een temperatuur van 103 °C en na afkoelen in een exciccator te wegen.  +
Bijvoorbeeld door gebrek aan wateraanvoer of het verminderen van de gewasopbrengst  +
Het gaat hier om het verwachte de verwachte samenstelling van het water naar de afvoerdebiet. Het gaat hier om de samenstelling van het water.  +
Het verwachte afvoerdebiet kan worden beïnvloed door rioolvreemdwater of schade aan het rioolstelsel, waardoor het gemeten afvoerdebiet kan afwijken van het verwachte afvoerdebiet.  +
Indien de benedenstroomse druk groter is dan de bovenstroomse dan sluit de klep om een terugstroming te voorkomen.  +
Stroming kan in beide richtingen door de klep gaan.  +
In de onverzadigde zone en de capillaire zone is de drukhoogte negatief.  +
De afvalwaterstroom wordt over een medium gedruppeld waarna de bacteriën het organisch afval afbreken.  +
Is slechts nog toegestaan bij zeemarifoons, waarvoor men over een Marcom-B certificaat moet beschikken. Bij binnenvaartmarifoons is deze voorziening niet langer toegestaan.  +
De duiker vormt een doorstroomopening tussen wateren. Vaak heerst er een vrije waterspiegel in de constructie. Identieke naast elkaar gelegen duikers hoeven niet als afzonderlijk kunstwerk beschreven te worden. Met behulp van het gegevenselement “Aantal identieke duikerbuizen naast elkaar” wordt deze situatie vorm gegeven.  +
Ook gebruikt als oorkoker in de scheepsromp, voor diepzeeboringen.  +
Diepzeeduikers maken vaak gebruik van een mengsel van helium en zuurstof, omdat dit het ontstaan van decompressieziekte tegengaat.  +
Een Arbobesluit van 1995 verbiedt het beroepsduikers om alleen onder water te werken, en bij een diepte van meer dan negen meter moet een ploeg zelfs uit drie man bestaan: een duiker, een ploegleider en een reserveduiker.  +
Meestal wordt de duinvoet aan de zeezijde bedoeld daar waar het droge zand overgaat in de zeereep. Daarbij wordt veelal de NAP +3 meterlijn aangehouden als de duinvoet.  +
1 Duitse graad komt overeen met 10 mg (0.1783 mmol) CaO per liter.  +
1 Duitse hardheid =10 milligram calciumoxide per liter  +
Een enkele paal noemt men meerpaal.  +
zoals bij een gewone telefoon. Bij dit systeem hoef je niet telkens `over' zeggen alvorens je de zendknop loslaat. Bij dit systeem wordt gebruik gemaakt van twee frequenties, één om te zenden en één om te ontvangen.  +
Bijvoorbeeld waterstand  +
Het begrip duurzame ontwikkeling (sustainable development) is begin jaren tachtig geïntroduceerd en is als begrip uitgebreid beschreven in Óur common future'van de World Commission on Environment and Development - in een wereld met duurzame ontwikkeling worden de behoeften van een generatie gerealiseerd zonder daarmee voor toekomstige generaties de mogelijkheden in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien.  +
Op een duurzame projectlocatie intensieve veehouderij is dus nieuwvestiging mogelijk. De omvang van een duurzame projectlocatie ligt in de orde van grootte van tien hectaren.  +
Volgens het BPR: een schip dat is gebouwd of in het bijzonder geschikt is om te worden geduwd.  +
Volgens het BPR: een motorschip dat deel uitmaakt van een duwstel en daarbij dient voor het voortbewegen en het sturen van andersoortige schepen en dat daartoe is gebouwd of ingericht.  +
Volgens het BPR: een hecht samenstel van één of meer duwboten, en één of meer andersoortige schepen, waarvan er tenminste één is geplaatst voor één der duwboten.  +
Voorbeelden voor het Belgisch / Zuid Nederlandse deel van de Noordzee zijn klapmuts (een zeehondensoort), potvis of maanvis.  +
Toepassen van dwang centrering is in het algemeen af te raden  +
Onder een hoek van 90° met de scheepsas.  +
Hier wordt zowel gedoeld op de locatie als de weergave van het dwarsprofiel. Voor de primaire waterkeringen is aangesloten bij de Uniemodel-Legger ten behoeve van primaire waterkeringen. Bij het gegevenselement 'weergave dwarsprofiel' zijn de elementen opgesomd die afgebeeld worden - daarbij is aangesloten bij het Uniemodel-legger/technisch beheerregister ten behoeve van de primaire waterkeringen (inclusief het supplement zandige kust). Deze lijst kan uiteraard vrijelijk worden aangevuld. Voor de niet-primaire waterkeringen geldt dat mogelijk niet alle genoemde elementen relevant zijn  +
Voorbeelden van dynamiek zijn jaarlijkse overstroming of droogte, tijdelijk verhoogde waterstand en stroomsnelheid na heftige regenval, het ontstaan en verdwijnen van zand- of grindbanken door meandering of golfslag ten gevolge van wind, waardoor de oever kaal blijft.  +
bijvoorbeeld transport van baggerspecie door middel van verpompen.  +
Het kan daardoor rekening houden met cirkelvormige systemen.  +
e
Ook bepaalde toestellen zoals de Multibeam en de Side Scan Sonar zijn ontworpen om een beeld te vormen van de zeebodem en zijn gebaseerd op echolocatie.  +
Meting ontstaat door de looptijdmeting na uitzending - weerkaatsing - terugontvangst van een akoestisch signaal. Door de halve looptijd te vermenigvuldigen met de geluidssnelheid in water wordt de diepte bepaald. Kan worden onderscheiden in enkelvoudig echolood en padloder  +
Tweemaal per jaar, n.l. op 21 maart (lentepunt) en op 23 september (herfstpunt) passeert de zon de hemelequator, en dan zijn de dag en de nacht even lang. Het lentepunt en het herfstpunt worden `equinoxen' of ‘nachteveningspunten' genoemd. De helling van de ecliptica is 23°27'.  +
Ecologische verbindingszones worden aangelegd om het migreren van dieren en planten tussen natuurgebieden mogelijk te maken.  +
Geen objectieve kriteria, gedacht wordt vaak aan VHR, EHS, provinciale EHS en overige Nb-wet gebieden.  +
ecologische spreiding  +