Eigenschap:Toelichting (nl)

Kennismodel
:
Type eigenschap
:
Tekst
Deze datatypespecificatie wordt genegeerd; de specificatie uit de externe vocabulaire krijgt voorrang.
Geldige waarden
:
Meerdere waarden toegestaan
:
Nee
Weergave op formulieren
:
Tekstvak
Initiële waarde
:
Verplicht veld
:
Nee
Toelichting op formulier
:
Toelichting op de definitie (Nederlandstalig)
Subeigenschap van
:
Geïmporteerd uit
:
Formatteerfunctie externe URI
:

Klik op de button om een nieuwe eigenschap te maken:


nl

Showing 250 pages using this property.
a
Al draaiend vijzelt de boor grond omhoog  +
In de praktijk betekent dit bijvoorbeeld dat (een deel van) de lading overboord wordt gezet om het schip en de opvarenden te redden.  +
bijvoorbeeld stormschade.  +
Aërobe bacteriën zijn het tegenovergestelde van anaërobe bacteriën die geen zuurstofgas nodig hebben.  +
b
het erfelijk materiaal ligt bij bacteriën los in het cytoplasma. Het DNA bestaat meestal uit één enkel ringvormig chromosoom, vaak vergezeld van een of meer plasmiden, die ook genetische informatie bevatten. Bacteriën kunnen onderling plasmiden uitwisselen, waardoor zij recombineren. Op deze wijze kunnen voortdurend nieuwe bacteriestammen ontstaan. Bacteriën vallen onder de groep SchimmelBacterieVirus in de domeintabel Parameter. Hieronder vallen ook de cyanobacteriën/blauwalgen.  +
Blauwzwart mengsel van gedeeltelijk vergane, van organismen overgebleven stoffen en oeverafslag, dat als een slappe laag de bodem van stilstaande of langzaam stromende wateren bedekt.  +
Men onderscheidt mechanisch werkende schepwerktuigen (zoals emmerbaggermolens, dipper dredges en grijpers) en hydraulisch werkende zandzuigers (zoals bodemzuigers, sleepzuigers en cutterzuigers).  +
Dit kunnen boeien, lichtboeien of tonnen (steekbakens) zijn.  +
Blijft in de regel bij laag water onder water  +
1 bar = 0,986 atmosfeer.  +
Hierbij betaalt de huurder een bepaalde som voor het `blote schip', zonder bemanning, en komen alle kosten, zoals die van verzekering en bemanning, voor rekening van de huurder.  +
De hoogte kan toenemen door duinvorming.  +
vormt een dam of versperring en ligt vaak kilometers van de kust.  +
Wordt vaak uitgevoerd om de diversiteit en milieuomstandigheden te beoordelen waartegen toekomstige veranderingen kunnen worden uitgezet (meestal een ontwikkelings drijfveer).  +
Onderzoeken in de voorbereidende fasen van een ontwerpstudie die zich richten op het vooraf bepalen van alternatieven voor daarop volgende meer gedetailleerde onderzoeken zouden bijvoorbeeld gekarakteriseerd kunnen worden als behorende tot deze categorie.  +
De berging kan plaatsvinden in de bodem, in meren (waaronder stuwmeren), in de vorm van sneeuw enz.  +
(bijv. verkeersgegevens, Normaal Amsterdams Peil, waterstanden, waterkwaliteitsgegevens).  +
In het algemeen de positie van de 'gemiddelde' kustlijn op 1 januari 1990.  +
De normale basislijn is de "laagwaterlijn" of de droogvallingslijn (ook wel nul-meterlijn genoemd) wat overeenkomt met het GLLWS (gemiddeld laag laag water bij springtij).  +
Gaat uit van het voor alle (deel) objecten op hoofdlijnen aangeven van de noodzaak van maatregelen en de gemiddelde kosten per objectcategorie op landelijk niveau. Is gebaseerd op life cycle costing  +
Door de Deltacommissie vastgesteld peil van NAP +5 m (anno 1960) aan de peilschaal te Hoek van Holland en de daarmee vergelijkbare peilen op overige locaties (peilen met een gelijke overschrijdingsfrequentie).  +
Het basisrioleringsplan dient als basis voor het Gemeentelijk Rioleringsplan en dient als uitgangspunt voor vergunningverlening of overleg met het waterschap over de te nemen rioleringsmaatregelen. Om een controle op het hydraulisch functioneren uit te voeren wordt het rioolstelsel (her-)berekend.  +
in tegenstelling tot continu verlopend.  +
Ook het in kaart brengen van de waterbodem, compleet met diepteverschillen en obstakels zijn inbegrepen in de bathymetrie.  +
Het bestaat uit een zware stalen bol met dikke vensters van plexiglas, onder een stalen tank, die men kan laten stijgen of dalen. Ontworpen door de Zwitserse natuurkundige Auguste Piccard, die er in 1954 een diepte van 4000 meter mee bereikte.  +
In de jaren dertig ontworpen door de Amerikaanse ontdekkingsreiziger Charles William Beebe en de Amerikaanse ingenieur Otis Barton.  +
In 1808 ingevoerd door de Engelse admiraal Sir Francis Beaufort. 0 = windstil - 12 = orkaan  +
de gemotiveerde bedenking die is ingebracht naar aanleiding van een gepubliceerde ontwerpbeschikking krachtens de vigerende wetgeving, zoals bedoeld in artikel 3.19, 3.24, 3.25 Algemene Wet Bestuursrecht.  +
Deze heeft altijd betrekking op één bepaalde vergunning  +
Opgemerkt dient te worden dat deze tabel op grond van uitvoeringsbesluiten ten aanzien van de WVOW (Uitvoeringsbesluit Verontreiniging Rijkswateren, bijlage II, tabel afvalwatercoëfficiënten) aan wijziging onderhevig zal zijn.  +
Voor deze term zijn vele streekbenamingen in omloop.  +
Een zuiger in de steekbuis zorgt voor een onderdruk waardoor het monster gemakkelijker de steekbuis (monsterbuis) inschuift.  +
Dit is mogelijk doordat een zich afwikkelende kous en een boorspoeling wrijving tussen grondmonster en steekapparaat vrijwel geheel voorkomen.  +
Onderhoud waterhuishouding - beheer en onderhoud rijkswaterkeringen etc  +
waarin, het verantwoordelijk zijn en zorgdragen voor het handhaven of bereiken van een vooraf vastgesteld kwaliteitsniveau van het beheerde object of de beheerde functie  +
Al het handelen dat erop gericht is te zorgen dat een (water) systeem aan de toegekende functies voldoet of gaat voldoen.  +
Niveau 6 in het Asset Informatie Model  +
Niveau 6 in het Asset Informatie Model  +
Wettelijke basis is de Wet op de Waterhuishouding  +
Bestaande uit:- Een omschrijving van de scenario's, strategieën en voorzieningen, die moeten worden uitgevoerd om de in het beleidsplan neergelegde doelstellingen en eisen te verwezenlijken - - Een aanduiding van de perioden waarbinnen de maatregelen worden getroffen - - Een aanduiding van de kosten van de maatregelen, en een overzicht van de wijze waarop deze kosten worden gedekt. Voor RWS: Beheerplannen worden zowel op landelijk (droog) als regionaal (droog en nat) niveau opgesteld. De landelijke organisatie bestaat uit Wegbeheer en BPN. Als voorbeeld als bedoeld in artikel 13 van de kaderrichtlijn water  +
plan met maatregelen voor herstel, inrichting en onderhoud van een object  +
De organisatie kan bijvoorbeeld een gemeente, provincie of waterschap zijn.  +
Beheersmaatregelen kunnen worden genomen om de waterkwantiteit op orde te brengen. Gedacht moet dan worden aan een beheersmaatregel ten behoeve van de veiligheid. Beheersmaatregelen kunnen ook genomen worden om een gewenste waterkwaliteit te behalen. Denk daarbij aan een bepaalde ecologische toestand of kwaliteit van zwemwater.  +
Document met de beschrijving van de feitelijke toestand van de waterkering, met de voor het behoud van het waterkerend vermogen kenmerkende gegevens van de constructie.  +
Behouddoelen zijn vooral geformuleerd voor soorten en habitats die al in een gunstige staat van instandhouding verkeren.  +
bijvoorbeeld doordat het schip onderweg vergaat of wordt afgekeurd.  +
Het grondgebied van het Vlaamse Gewest wordt ingedeeld in deelstroomgebieden of rivierbekkens. Er is sprake van 11 bekkens: het IJzerbekken het Bekken Brugse Polders, het Bekken Gentse kanalen, het Leiebekken, het Bovenscheldebekken, het Benedenscheldebekken, het Denderbekken, het Bekken Dijle en Zenne, het Demerbekken, het Netebekken en het Maasbekken. Van deze 11 bekkens, behoren enkel het IJzerbekken het Bekken Brugse Polders en het Maasbekken niet tot het Scheldestroomgebied.  +
Een type bekkentrap is de V-vormige bekkentrap, waarbij de wanden een V-vorm hebben. Een bekkentrap kan ook fungeren als een stuw.  +
Aangezien de totale bekleding van een waterkering een aantal segmenten kan behelzen, wordt, volgens de definitie, hier alleen gedoeld op het segment dat zich bevindt ter hoogte van en onder het maatgevende hoogwaterpeil. Het gaat hier dus om het belangrijkste segment. De bekleding is de bedekking van de waterkering. Daar waar aan de voet van de waterkering zich een waterloop bevindt is er sprake van een overlap met de subentiteit 'Profielverdediging' (waterloop). Het is aan het waterschap om te bepalen of men in die gevallen ook langs en onder de waterlijn blijft spreken van 'Bekleding waterk.' of dat daar het begrip 'Profielverdediging' wordt gehanteerd.  +
Voorbeeld van gebruik: basalt, ingegoten met gietasfalt.  +
Dit rijtje wordt trits genoemd: wie belang heeft bij het waterschap betaalt daarvoor evenredig aan dat belang. Hiervoor krijgt de betaler zeggenschap terug door zich verkiesbaar te stellen voor het algemeen bestuur van het waterschap.  +
Tot de belanghebbenden behoren de volgende groepen: - bevoegd gezag voor de hulpbron / - belangengroepen / - algemene publiek / De watermanager behoort in de regel tot een van de eerste twee groepen.  +
Afkomstig vanuit alle mogelijke bronnen, zoals directe lozingen, atmosferische depositie, aanvoer via rivier, polderspui en/of oceaan.  +
een beleidsplan, omvattende de hoofdlijnen en beginselen van het beleid ter verzekering van een goede drink- en industriewatervoorziening. Het beleidsplan geeft inzicht in de ruimtelijke aspecten van het beleid inzake de drink- en industriewatervoorziening, voor zover dat is gericht op het tot stand brengen van de nodige watervoorzieningswerken. Het beleidsplan wordt aangemerkt als een structuurvisie als bedoeld in artikel 2.3, tweede lid, van de Wet ruimtelijke ordening betreffende het aspect drink- en industriewatervoorziening van het nationale ruimtelijk beleid.  +
de installatie is gelegen over de bodem van een waterloop  +
Voor de Belgische havens geldt geen loodsdwang. Loodstarieven worden in overleg met de ministeries (NL en Be) bepaald. Tarieven en loodsplicht staan tegenwoordig ter discussie (2001).  +
Kan een enkel stroomgebied zijn of onderdeel van een groter stroomgebied.  +
kompasrichting bezien vanaf het midden van het water; Mogelijke waarden: n, no, nw, z, zo, zw, w, o  +
In DONAR uitgedrukt in centimeters.  +
1 / meetdichtheid. Interval uitgedrukt in een eenheid, bijvoorbeeld 4 meter.  +
Vaak is dit de verwijzing naar een document, bijvoorbeeld een NEN-norm, voorschrift of protocol, waarin de toegepaste methode is beschreven  +
Dit is niet de methode of voorschrift dat is gevolgd bij de bemonstering, dat is de bemonsteringsmethode.  +
Doorgaans vindt hier overwegend sedimentatie plaats.  +
Voor Nederland: Het door Rijn en Maas gevoede rivierengebied ten westen van de lijn Schoonhoven - Werkendam - Dongemond, inclusief Hollands Diep en Haringvliet, zonder de Hollandse IJssel. Tijdens grote afvoergolven ondervinden de waterstanden een significante invloed van de waterstand op de Noordzee als gevolg van een zware storm. De getijhoogwaterstijging is hier van belang.  +
hoog zwel- en absorptievermogen en een zeer lage doorlatendheid  +
Benutting van regenwater draagt bij aan de reductie van afvoerpieken. Benutting van regenwater kan voor laagwaardige toepassingen van drinkwater tevens bijdragen aan drinkwaterbesparing. U kunt het regenwater benutten voor de tuin of in het huishouden voo  +
Voorbeeld: spitsstrook.  +
Dit profiel wordt gebruikt ten behoeve van het beoordelen van de veiligheid van bestaande dijken op de aanwezigheid van niet-waterkerende objecten. Het mag in het algemeen niet worden doorsneden door verstoringzones van niet-waterkerende objecten.  +
Een beoordelingsspoor resulteert per dwarsprofielsegment in een toetsresultaat.  +
In geval van een bijzondere bepaling kan een specifieke waarde voor de parameter per bepaling worden opgeslagen. In deze koppeltabel wordt per vergunning aangegeven welke relaties er zijn met de verschillende objecten (of administratieve gebieden: kadastraal. perceel.) en welke bepalingen van wetten, regelgevingen en verordeningen hierop van toepassing zijn. Bij bijzondere bepalingen kan tevens een parameterwaarde worden opgeslagen.  +
bij deze waarde is de kans op fout-negatieve uitslagen < 1%  +
Onder natuurlijke vastgoedobjecten wordt verstaan het gewas waarmee de grond beplant is.  +
Zoals water  +
De overstortfrequentie beperkt zich tot riooloverstorten. Wat deze werken betreft is het de doelstelling een overstortfrequentie van gemiddeld maximaal zes maal per jaar binnen een bepaald rioolbemalinggebied te bereiken.  +
Zoals wateraanvoer, stroomvoorziening, irrigatie en recreatie.  +
In dit kader wordt onder afvalwater tevens hemelwater verstaan. Een bergbezinkbassin maakt deel uit van het rioolstelsel. Een bergbezinkbassin is een al dan niet overdekte ruimte voor de tijdelijke opslag van het afvalwater. Een belangrijke functie van de bergbezink bassin is het verminderen van de vuillast. NEN 3300:1996 hanteert de volgende definitie: reservoir voor de tijdelijke opslag van afvalwater waarin tevens slibafzetting plaatsvindt met een voorziening om het slib te kunnen verwijderen en waaruit overstortingen kunnen plaatsvinden  +
Meestal worden hier polders voor gebruikt.  +
Volume van water in een bepaald gebied. Baggerspecie in een depot. Bij grondmonsters wordt veelal gesproken van vochtinhoud.  +
Af te raden term: open-water-berging  +
Het symbool ( wordt meestal gebruikt voor een freatische watervoerende laag, terwijl S voor een geheel of gedeeltelijk afgesloten watervoerende laag wordt gebruikt.  +
Het betreft bergingsgebieden die zijn opgenomen in het bestemmingsplan. Deze staan verplicht in de legger. Het betreft daarnaast regenwaterbuffers, noodoverloopgebieden en wadi's. Deze zijn optioneel voor de Legger.  +
Het wordt afgeraden om voor bergingsverandering de term berging te gebruiken.  +
Wanneer de voorzieningen zijn aangelegd en goedgekeurd als compensatie voor de aanleg van verhard oppervlak kent het hoogheemraadschap formeel de functie regenwaterberging aan de voorziening toe en zijn daarop de desbetreffende verbod- en gebodsregels uit de Keur van toepassing. Aanwijzing kan plaats vinden middels een legger, een bestemmingsplan of een beheerovereenkomst. Het kan onder meer gaan om wadi's, daktuinen, vegetatiedaken etc. etc.  +
Aanwijzing kan plaats vinden middels de Keurkaart, een legger, een bestemmingsplan of een beheerovereenkomst.  +
Onder het instellen van administratief beroep wordt verstaan: Het gebruik maken van de ingevolge een wettelijk voorschrift bestaande bevoegdheid, voorziening tegen een besluit te vragen bij een ander bestuursorgaan dan hetwelk het besluit heeft genomen.  +
Voor zover het gebied samenvalt met een N2000 gebied, kan het niet als een beschermd natuurmonument worden aangewezen. Voor een beschermd natuurmonument bestaat wel de mogelijkheid, maar geen verplichting tot het opstellen van een beheerplan.  +
Het profiel van vrije ruimte is vaak gedeeltelijk of geheel binnen de beschermingszones gelegen. Stroken grond ter weerszijden van de kernzone, die daadwerkelijk bijdragen tot het waarborgen van de stabiliteit van de waterkering.  +
Voor het bepalen van de interventieniveaus is het van essentieel belang dat beschikbaarheideisen worden gedefinieerd. Deze bepalen in feite wanneer 'schade' onaanvaardbare maatschappelijke gevolgen heeft, en, met inachtneming van een veiligheidsmarge, het interventieniveau.  +
zoals klampen en ogen.  +
het besluit is een nadere uitwerking van de wet ruimtelijke ordening en bevat onder meer bepalingen over bestemmingsplannen, tegemoetkoming in schade, grondexploitatie.  +
Hierbij moet worden gedacht aan maatregelen voor duurzaam behoud van de oppervlakte en/of kwaliteit van het leefgebied van een bepaalde soort plant of dier en/of van de ecologische randvoorwaarden voor een bepaald habitattype.  +
technische beheersacties kunnen, indien het niet het bedienen van sluizen e.d., maar een infrastructurele ingreep betreft, worden uitbesteed in de vorm van een bestek  +
Afhankelijk van het doel van deze middelen is het mogelijk een onderverdeling te maken in grondontsmetting- en desinfectiemiddelen en onkruid-, schimmel- en insectenbestrijdingsmiddelen. Pesticiden worden al eeuwen gebruikt. Ruim voor het begin van onze jaartelling pasten Chinezen zwavel toe bij de bestrijding van schimmels (ref 1). De grote groei in het gebruik van bestrijdingsmiddelen begon in de jaren dertig en veertig met de productie van synthetisch-organische bestrijdingsmiddelen als DDT, aldrin, quintozeen en pentachloorfenol. De wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden onder nummer BWBR0021670 beschrijft het verder gebruik en toelating op de nederlandse markt.  +
iemand die deel uitmaakt van een bestuur => moderateur, regent  +
ToDo: Definitie is nog niet vastgesteld  +
Deze moeten tijdens de aanbesteding van het contract worden opgesteld of volgen uit van toepassing verklaarde voorwaarden.  +
Dient voor het beleggen van een ankertros of sleeplijn.  +
Voorbeeld van gebruik: betonplaat  +
gevoeligheid / controleerbaarheid  +
Dit gebied wordt begrensd door de kritieke waarden en is een functie van de onbetrouwbaarheidsdrempel alfa  +
De volgende kunnen onderscheiden worden: - nauwe beug: beug waarbij de sneuen 1,60 m uit elkaar staan (voor de schelvisvangst) / - volledige beug: beug die 200 á 250 beuglijnen van 7 m lang telt (15 á 19 km lang) / - wijde beug: beug waarbij de sneuen 3.2 m uit elkaar staan (voor de kabeljauwvangst)  +
De toegepaste klassenindeling komt, voor wat betreft de klasse 0 t/m VII, overeen met die welke sinds 1992 door de Conferentie van Europese Ministers van Verkeer (CEMT) wordt gevolgd en welke is gebaseerd op de afmetingen van standaardschepen en duwstellen. Terwille van enkele landen, waaronder Nederland, bleek het nodig hieraan een klasse 0 (vaarwegen kleiner dan die van klasse I) toe te voegen. De klasse VII is mede in de tabel opgenomen - duwvaart met negen bakken komt echter in Nederland thans niet voor.  +
Bijvoorbeeld de overheidsinstantie die bevoegd is het m.e.r.-plichtige besluit te nemen (bij dijkversterking de provincie)  +
de plaatselijke bevolking is aan het evacueren  +
De volgende typen kunnen worden onderscheiden: - basculebrug / - draaibrug / - hefbrug / - klapbrug / - ophaalbrug / - pontonbrug / - pontondraaibrug / - rolbrug / - rolbasculebrug  +
Een voorbeeld van een bewerkingsmethode is een middeling of een percentielberekening.Doorgaans betreft het een rekenkundige middeling over een bepaalde tijdsperiode waarbij na uitvoering de analysemethode voor de reeks niet wijzigt.  +
Er moet dus altijd vermeldt worden wat voor bewerkingsslag er is toegepast om uiteindelijk te komen tot een specifieke dataset  +
De hoeveelheid bewolking wordt in de meteorologie uitgedrukt in achtste delen. Zo staat 0/8 voor onbewolkt, 1/8 voor vrijwel onbewolkt, 4/8 voor half bewolkt en 8/8 voor geheel bewolkt.  +
Snelheid waarmee gesuspendeerde deeltjes in water onder invloed van de zwaartekracht naar beneden gaan ('bezinken'). Vgl. met valsnelheid.  +
WVOW: Het in het kader van een wettelijke bevoegdheid vragen van een voorziening tegen een besluit bij het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen.  +
bijvoorbeeld breuk, afschuiven, piping, verweken  +
Wanneer een zuur wordt toegevoegd, breekt het ion in H2O en CO2, en gedraagt zich als een buffer.  +
Zo kan bijvoorbeeld de loods veilig aan boord kan komen.  +
Methode om een storm af te rijden, om averij te voorkomen. Er is nauwelijks voortgang, maar wel ruime drift.  +
De bijzondere bepalingen per vergunning worden opgeslagen door een relatie te leggen met alle bijzondere bepalingen die van toepassing worden geacht. In sommige voorwaarden komt een parameter voor. Hiervoor kan een specifieke norm gesteld worden. Bijvoorbeeld de toegestane lozing van een bepaalde stof of de minimum hoeveelheid van een andere stof of het gemiddeld maximum aan zware metalen per jaar over een periode van tien jaar.  +
Bv: verboden gebied, bagger- of stortplaats, gebied bestemd voor waterskiën of zeilplanken enz. De markering is niet bedoeld voor navigatie.  +
Als zich een calamiteit voordoet, is er sprake van ‘bijzondere omstandigheden’. Hiervan is sprake wanneer te weinig of juist te veel water wordt aangevoerd: watertekort, wateroverlast, vorst en ijsgang en warm wateroverlast. Het BPRW geeft aan hoe hier mee omgegaan moet worden.  +
Voorbeelden: muralt- of dijkmuren, damwanden, kistdammen, keermuren en kwelschermen.  +
Tot deze entiteit kunnen bijvoorbeeld goten en opsluitbanden worden gerekend  +
Vaak is de loods echter gelijktijdig rivier- en zeeloods.  +
in de betekenis van tweede waterkering, slaper(dijk). cq: in de betekenis van boezemkade, kanaaldijk  +
Bijvoorbeeld vanuit water, sediment, zwevend stof, voedsel.  +
Laboratoriumexperiment waarin (meestal) planten of lagere diersoorten worden blootgesteld aan een (extract van een) te beoordelen water(bodem)monster. Het doel van bioassays is het beoordelen of de aanwezige verontreinigingen in het monster in die mate beschikbaar zijn dat ze negatieve effecten veroorzaken bij deze testorganismen.  +
bij een BZV bepaling moet de testduur (in dagen) aangegeven zijn; deze is bepalend is voor de gemeten waarde.BZV worden altijd uitgedrukt in equivalenten zuurstof (O2),  +
oorbeelden van biofouling zijn de aanhechting van zeepokken op scheepsrompen, welke de snelheid en de maneuvreerbaarheid van een schip aanzienlijk kunnen verminderen.  +
Ze bestaan voornamelijk uit skeletdeeltjes van planten en dieren (bijvoorbeeld koralen, foraminiferen of kiezelwiertjes) en zijn rijk aan calciumcarbonaat of siliciumoxide.  +
ze stelt vast welke soorten of groepen planten en dieren kenmerkend zijn voor bepaalde gebieden op het land en in de zee en gaat na hoe de huidige verspreiding ontstaan en geëvolueerd is in de loop der tijden.  +
Afvalwaterbehandelingprocessen zijn op deze eigenschap gebaseerd. Biologisch afbreekbare stoffen kunnen niet voortbestaan in de natuur.  +
In NCS was dit Biologisch en/of chemisch hoofdproces voor het zuiveren van afvalwater  +
De indicator komt vaak genoeg voor om te kunnen volgen in ruimte en tijd en toont een gevoelige respons op veranderingen in het ecosysteem.  +
Deze biologische pomp speelt een belangrijke rol in de "koolstofcyclus" en het globale klimaat.  +
Overeenkomstig VERORDENING (EG) Nr. 834/2007 VAN DE RAAD van 28 juni 2007 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2092/91, de teelt van biologische gewassen dient bij te dragen tot de instandhouding en de verbetering van de bodemvruchtbaarheid en tot de voorkoming van bodemerosie. Gewassen dienen bij voorkeur te worden gevoed via het ecosysteem van de bodem en niet door toevoeging van oplosbare meststoffen aan de bodem.  +
Het komt vooral voor bij diepzeesoorten (bijvoorbeeld de lantaarnvissen). Het wordt veroorzaakt door ofwel lichtgevende bacteriën die symbiotisch leven op vissen, ofwel door middel van fotoforen (pigmenten). Bioluminiscentie kan dienen voor bij het baltsg  +
Toppredatoren (zoals roofvogels) bezitten bijvoorbeeld veel hogere en gevaarlijkere concentraties aan PCB's in hun vetweefsel dan hun prooien (knaagdieren,..), doordat ze lichaamsvreemde stoffen, aanwezig in het weefsel van de prooien, toegevoerd krijgen  +
de potentiële biomassaproductie kan worden bepaald na 7 en 14 dagen  +
Niet hetzelfde als "ecosysteem".  +
Het deel op, in en boven de aarde dat bewoond wordt door organismen en waar zich dus leven bevindt.  +
Hiermee kan ook bedoeld worden: een verhoging als gevolg van een opstapeling van fossiele resten van zulke organismen.  +
Het biotisch milieu is het voedsel, roofvijanden en parasieten. Tegenstelling: abiotisch  +
hiertoe behoort ook biodegradatie.  +
bijvoorbeeld door regenwormen  +
Ze hebben zeer ontwikkelde plaatvormige kieuwen (lamellibranchia) en leven allemaal in het water (de meeste in de zee). Voorbeelden van bivalven zijn de mossel, de kokkel, de sint-jacobsschelp, de oester,...  +
Door het contact van het warme water uit de bodem en het koude zeewater slaan verschillende mineralen neer, vooral het zwartkleurige ijzersulfide (vandaar de term 'zwart') en ontstaat door uitstoot de 'rook' en door neerslag de 'schoorsteen'.  +
Een bladvanger werpt bladeren en grof vuil uit de standleiding en dient tegelijkertijd als overstort bij extreme regenval  +
De naam blauwalg is misleidend omdat cyanobacteriën geen algen en geen wieren zijn. Verder hebben veel soorten wel een blauwgroene kleur, maar er zijn er ook met een roodbruine of overwegend groene kleur. De kleur is afhankelijk van de hoeveelheden en soorten pigmenten die in de bacterie aanwezig zijn. Sommige blauwalgen vormen drijflagen of gaan stinken wanneer ze dood gaan. Ook zijn er soorten die giftige stoffen produceren die na contact met de huid of inname kunnen leiden tot gezondheidsproblemen. De ernst van de gezondheidsproblemen is afhankelijk van hoeveelheid en type gifstof. Blauwalgen komen algemeen voor in zoete en zoute wateren. Overlast veroorzakende blauwalgen komen in Nederland alleen in binnenwateren voor. Blauwalgen vallen onder de groep SchimmelBacterieVirus in de domeintabel Parameter.  +
Blauwe diensten worden gefinancierd uit de collectieve middelen aangezien de betreffende activiteiten niet door marktwerking tot stand komen.  +
blauwe knooppunten vormen een hulpmiddel om afwenteling te concretiseren in de vorm van afspraken over de hoeveelheden over te dragen water en stoffen. Concept afkomstig uit Vierde Nota Waterhuishouding 1998. Het zijn dus meetpunten in het watersysteem, waar aanvullende eisen gelden met betrekking tot waterkwaliteit en -kwantiteit, die doorwerken naar bovenstroomsgelegen wateren teneinde afwenteling van problemen met water tegen te gaan. De afspraken worden doorgaans vastgelegd in waterakkoorden tussen verschillende beheerders, een alternatief is een goede omschrijving van de afspraken in het stroomgebiedbeheerplan. Knooppunten zijn ook gelegen aan het begin of aan het eind van een hoofdwatersysteem of bij een landsgrens, of bij de overgang van doelen, functies en/of normen van en hoofdwatersysteem.  +
Om voor een blauwe vlag in aanmerking te komen moet een zwemlocatie voldoen aan strenge eisen op gebied van waterkwaliteit en veiligheid. De waterkwaliteit moet voldoen aan de streefwaarden die gesteld in de Europese zwemwaterrichtlijn. Streefwaarde zijn, de term zegt het al, waarden waarnaar gestreefd wordt, een soort ideale waarden. Er zijn ook grenswaarden in de Europese zwemwaterrichtlijn gesteld en deze grenswaarden zijn de eisen waaraan het water minimaal moet voldoen. Een water kan dus voldoen aan de Europese richtlijnen en toch geen Blauwe Vlag krijgen.  +
Het Blijf-weg sein moet onder andere worden gegeven bij een gebeurtenis of ongeval waardoor een vervoerde gevaarlijke stof vrij zou kunnen komen.  +
Er ontstaat dan een tegenstroom.  +
Bij het KRW-kwaliteitselement Fytoplankton is een maatlat (norm) gedefinieerd voor de indicator 'Phaeocystis bloeifrequentie'.  +
Het blokkanaal staat vermeld in de vaarkaarten, onder `M' (plus het betreffende kanaal), en op de borden langs de oever, bijvoorbeeld `VHF 19'.  +
Wanneer sprake is van een dubbeltoppig spectrum wordt uitsluitend het frequentiedomein rond de hoogste top in de berekening meegenomen. Het gebied rond laagste top wordt dan niet beschouwd.  +
Deze fouten zijn vaak groot, en per definitie, onvoorspelbaar. Ze worden in de regel veroorzaakt door plotselinge veranderingen in de omgevingsomstandigheden, systeemfouten of gebruikersfouten  +
In Nederland spreekt men van "bodem" tot 1 a 2 meter onder het maaiveld.  +
Door daarnaast de gewenste dikte en de constructie van de leeflaag vast te leggen wordt een duurzame oplossing gecreëerd, die controleerbaar en handhaafbaar is. Bij sanering en beheer zijn de BGW's de kwaliteitsdoelstelling voor de bovengrond. Het kabinetsstandpunt 'Beleidsvernieuwing bodemsanering' geeft aan dat bij ernstige en urgente gevallen van bodemverontreiniging de BGW's direct dienen te worden bereikt via het saneringspoor.  +
Uit te drukken als gradiënt of als gradiëntvector van de bodemhoogte.  +
De bodemkwaliteitskaart bestaat uit verschillende "lagen" waarbij elk van de lagen gericht is op het ruimtelijk weergeven van een bepaald kenmerk dat bepalend is voor de bodemkwaliteit. In het kader van de Vrijstellingsregeling grondverzet worden specifieke eisen aan de bodemkwaliteitskaart gesteld die in deze interim richtlijn nader zijn uitgewerkt. Een bodemkwaliteitskaart biedt inzicht in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem van een bepaald beheersgebied. De kaarten geven voor onderscheiden zones in een gemeente, informatie over de bodemkwaliteit op vlakniveau. De bodemkwaliteitskaart wordt samen met een bodembeheersplan vastgesteld door het bevoegd gezag, om de mogelijkheden van de Vrijstellingsregeling grondverzet te benutten. Grondverzet binnen gemeentes vindt geregeld plaats aan de hand van bodemkwaliteitskaarten. Bij veel gemeenten wordt de BKK hiernaast gebruikt voor de bouwtoets en om de terugsaneerwaarde te bepalen.  +
Heeft de dimensie lengte, een soort van golfhoogte, zie b.v. nikuradse bodemruwheid  +
Eventueel tevens hun korrelgrootteverdeling.  +
Bijvoorbeeld mate van gelaagdheid.  +
Deze gehalten verschillen per type bodem.  +
Een bodemval kan een kunstwerk zijn, waarmee een verschil in bodemhoogte wordt opgevangen, om bijvoorbeeld de snelheid van het water te beperken door een minder groot verhang. Hierbij is het uitgesloten - zoals bij stuwen - het water vast te houden.  +
In Nederland is meestal bij gehalten boven de z.g. streefwaarde sprake van bodemverontreiniging, in Vlaanderen meestal bij gehalten boven de achtergrondwaarde.  +
Door middel van deze dwarskracht kan men beter manoeuvreren.  +
Komt onder andere voor bij Kanaalschepen en veerboten.  +
inboegseren: de haven inslepen uitboegseren: de haven uitslepen  +
Het waterpeil in de boezem is in de regel hoger dan het polderpeil  +
Boezemland heeft, wanneer het 'overstroombaar' is, een belangrijke functie in de waterberging en -afvoer in natte tijden. Als overstroombaar worden beschouwd die delen van het boezemland die lager gelegen zijn dan + 0,2 meter NAP en die daarnaast niet bebouwd zijn.  +
De meeste boezemwateren behoren tot de primaire wateren en hebben een zeer belangrijke functie in de (regionale) aan- en afvoer van water.  +
De bodem wordt hierbij tot een diepte van enkele centimeters omgewoeld. Wordt voornamelijk gebruikt voor de vangst van tong en schol.  +
onder bomen word verstaan de houtige, meerjarige gewassen met een duidelijke, afzonderlijke stam en weinig of geen bladdragende takken in het onderste deel  +
Er zijn vaste en drijvende booreilanden.   +
Het bakboordlicht is rood, het stuurboordlicht groen. Op vaartuigen korter dan 20 meter mogen de boordlichten worden gecombineerd in één lantaarn. De boordlichten zijn elk zichtbaar over een boog van de horizon van 112°30' (van recht vooruit tot 22,5° achterlijker dan dwars). Zij moeten op gelijke hoogte in één lijn zijn geplaatst, loodrecht op de lengteas van het schip.  +
Wordt gebruitk als hoogtereferentie bij boringen  +
Meestal ligt de Y-as in de voorwaartse richting van het vaartuig. In het verleden werd vaakcentrale echolood transducer als nulpunt gekozen, tegenwoordig wordt hiervoor ook de motion sensor gebruikt.  +
vaak in een krakkemikkig vaartuig  +
Het element kan geplaatst zijn ter ondersteuning en er kunnen een of meer borden aan bevestigd zijn.  +
Komt veel voor in Aziatische wateren, maar ook in de monding van de Trent (Groot-Brittannië), waar de bore `Eagre' wordt genoemd, en in de monding van de Amazone. Het effect kan verminderen of verdwijnen door verbeteringswerken aan de rivier.  +
Speelt een belangrijke rol bij voedselvergiftiging bij organismen. De belangrijkste symptomen van voedselvergiftiging zijn buikpijn, braken, zenuwstoornissen, beperkt gezichtsvermogen, droge mond enz.  +
Het Bsb is sinds 1 januari 1999 van kracht. Deze algemene maatregel van bestuur (AMvB) legt normen vast voor 130 stoffen. Het besluit is van toepassing op bouwstoffen (grond of overige steenachtige materialen) die buiten in een werk worden toegepast. Het besluit stelt regels voor het gebruik van steenachtige bouwstoffen die in contact kunnen komen met regen-, grond- of oppervlaktewater.  +
het Bouwstoffenbesluit (Bsb) stelt regels voor het gebruik van steenachtige bouwstoffen die in contact kunnen komen met regen-, grond- of oppervlaktewater. Het Bouwstoffenbesluit is per 1 juli 2008 vervallen. De regels voor bouwstoffen staan in het Besluit bodemkwaliteit.  +
Geen invloed van het getij.  +
Doorgaans vindt hier overwegend erosie plaats.  +
Voor Nederland: door Rijn en Maas gevoede rivierengebied (inclusief de IJssel), ten oosten van de lijn Schoonhoven - Werkendam - Dongemond, waarbij de waterstanden geen significante invloed ondervinden van de waterstand op de Noordzee en het IJsselmeer als gevolg van een zware storm. De getijhoogwaterstijging speelt hier geen rol.  +
doorgaans gevormd door een of meer dwarssteigers of twee meerpalen haaks op de steiger.  +
De belangrijkste overeenkomst tussen de typen zijn de grote totaalmassa en het feit dat gestoken monsters praktisch ongeroerd zijn.  +
De indeling is als volgt: Box 1: gelabeld geld (bijv. steenbekleding), box 2: basis pakket instandhouding (bijv. vast onderhoud) en box 3: overig (bijv. variabel onderhoud).  +
De totale concentratie van opgeloste zouten ligt gewoonlijk tussen de 1000 en 10000 mg/l. Bij meting van chloride, water met een chloridengehalte tussen 300 en 10.000 mg/l.  +
Dit betekent bijvoorbeeld dat aanverwante belangen als natuur, landschap, cultuurhistorie en recreatie 'meegenomen' worden mits de kosten in redelijke verhouding staan tot de totale kosten en deze belangen niet door een andere instantie kunnen worden behartigd.  +
Bijvoorbeeld het breken van de drijflaag in een gistingstank  +
gat in polderdijk  +
Het verbranden van biologisch materiaal en van fossiele brandstoffen is hiervan mede oorzaak.  +
Bekende typen zijn elzen- en berkenbroekbos  +
Hieronder wordt niet verstaan plaatsen waar in wateren, zoals sloten en plassen, kwel optreedt. In het verleden zijn bronnen wel kunstmatig gecreëerd, zoals de Veluwse sprengkoppen.  +
gelokaliseerde activiteit die een emissie in het milieu veroorzaakt en een (potentieel) verstorend effect heeft.  +
Het is minder wenselijk om de term bron te gebruiken voor onttrekkingputten.  +
Een bronbemaling wordt voornamelijk uitgevoerd om een stuk grond droger te maken. Er is verder een onderscheid mogelijk tussen vacuümbemaling en zwaartekrachtbemaling.  +
Feitelijk wordt hier gesproken over een kunstwerk waarmee een weg, spoorweg of leiding over een waterweg, leiding of terreinverdieping wordt geleid. Een brug is opgebouwd uit een onder- en bovenbouw, waarbij tot de onderbouw worden gerekend de landhoofden en tussenpunten inclusief de fundering. De bovenbouw betreft de constructie van het rijdek inclusief de leuningen. Op de onderbouw rust de bovenbouw. Een brug onderscheidt zich van een duiker ondermeer door de aanwezigheid onder de brug van een bodem die is toe te rekenen aan het overbrugde water, bij een duiker is er altijd een zekere samenhang tussen het grondlichaam, de kokervormige constructie en een waterloop, zodat de bodem van de waterloop in principe onderbroken wordt.  +
Wanneer een akker met aardappelplanten wordt beregend met slootwater waar bruinrotbacteriën in zitten, dan is de oogst verloren.  +
Het meet een lengte van maximaal 2 meter en een gewicht van 60 kg. Komt ook in de Noordzee voor.  +
De definitie van de Europese Commissie voor bruinvlees in krab is ruimer dan bovenstaande, namelijk: hieronder wordt het vlees uit het lijf verstaan, met daarin opgenomen o.a. de hepatopancreas (EC, 2011).  +
De BRT wordt uitgedrukt in registertonnen van 2,83 m3 = 100 kubieke voet.  +
De buffercapaciteit kan zowel berekend worden als experimenteel worden bepaald. Hierbij wordt nagegaan hoeveel (mol) sterk zuur of sterke base per liter oplossing moet worden toegevoegd om een kleine pH verandering te veroorzaken. De buffercapaciteit is dan de verhouding tussen het aantal mol sterk zuur of sterke base en de daardoor veroorzaakte pH-verandering. Eigenlijk moet een oneindig kleine hoeveelheid sterk zuur of sterke base worden toegevoegd  +
De periode ligt tussen die van wind- en getijgolven en houdt enkele uren tot dagen aan.  +
De buitenberm is in de regel een gedeelte uit een dijkprofiel, gelegen tussen buitenteen en kruin, met een helling tussen 1:15 en horizontaal, een breedte van maximaal 0,25 L0p  +
stroken grond ter weerszijden van de beschermingszones, die verband houden met het voorkomen van schade door extreme mechanismen (zoals explosie of leidingbreuk).  +
Bijvoorbeeld een uiterwaard. In tegenstelling tot het binnendijkse gebied is dit gebied niet beschermd tegen overstromingen.  +
Kleine kernen, gehuchten en buurtschappen waarvoor geen bebouwde kom is vastgesteld, worden tot het buitengebied gerekend.  +
In tegenstelling tot gewoon onderhoud gaat het hier niet om meer frequente kleinschalige werkzaamheden aan een waterstaatswerk. Bij watergangen gaat het om het verwijderen van bagger, het herstellen van grootschalige erosie en afkalving. Bij waterkeringen gaat het om onderhoud aan de vorm en constructie (het profiel), zoals grootschalige herstelwerkzaamheden en herprofilering van het talud. Bij andere kunstwerken gaat het ook om onderhoud aan de vorm en constructie, zoals herstelwerkzaamheden.  +
bijvoorbeeld graan, fosfaat, erts, chinaklei of suiker.  +
De meeste bulk carriers zijn niet groter dan 80.000 ton, omdat grotere schepen niet door het Panamakanaal kunnen.  +
Hierin kan de vangst levend bewaard kan worden.  +
Voor waterbeheerders is met name de beverburcht van belang  +
De burgemeester heeft besloten tot evacuatie  +
inwoner van een gemeente of staat, gewoon lid van de bevolking <=> militair  +
Er bestaan 2 vormen van bètastraling: ß- en ß+ straling. ß- straling ontstaat als een neutron in de atoomkern van een radioactieve stof uit elkaar valt in een proton en een elektron. Het elektron wordt met hoge snelheid uitgestoten in de omgeving, waar het zich kan binden aan een atoom met de vorming van een ion tot gevolg. ß+ stralen zijn protonen die veranderen in neutronen. Daarbij wordt een positron uitgescheiden. Een positron is een anti-electron: een deeltje antimaterie dat, als het in aanraking komt met een electron (zijn tegenpool), 'oplost' (men noemt dit annihilatie). Bij dit proces worden beide deeltjes omgezet in een gamma straal. Bètastraling is meer doordringend dan alfastraling en kan, afhankelijk van de energie, wel door de huid dringen. Een bekende hoog energetische bèta straler is strontium-90 welke zich in menselijke botten ophoopt. Bèta straling wordt tegengehouden door een aluminium plaat, dubbel glas of een bakstenen muur.  +
c
Er is geen CaCO3 afzetting beneden deze diepte  +
De mogelijke verschijnselen zijn: pijn, jeuk, huiduitslag, verlamming in armen en benen, kortademigheid, hoestaanvallen, benauwdheid, verlies van gezichts-, gehoor- en spraakvermogen, verlies van evenwichtsgevoel, braken, duizeligheid en bewusteloosheid, mogelijk gevolgd door de dood.  +
bijv. chemisch ongeval, scheepsongeval  +
Dit is wat er gedaan moet worden om de situatie te beïnvloeden, bijv. {niets doen}, {opruimen}, {neutraliseren}.  +
Bijv. {uitstroom stoppen}, {stof toevoegen}.  +
een calamiteitenbestrijdingplan is een onderdeel van het calamiteitenzorgsysteem, waarin de wijze van bestrijding van specifieke calamiteiten is uitgewerkt en waarin de algemene structuur van de calamiteitenorganisatie beschreven is  +
omvat het geheel van de bij de bestrijding betrokken medewerkers  +
het calamiteitenzorgsysteem bestaat naast het calamiteitenplan uit meerdere calamiteitenbestrijdingplannen en een aantal supplementen zoals het crisisvoorlichtingblad, een opleiding- en oefenprogramma, een netwerk- en een personeelsoverzicht  +
Een dof, grijs, bros metaal ontdekt door Davy in 1808. Het behoort tot de aardalkalimetalen in groep II van het periodiek systeem.  +
bijvoorbeeld in zwembaden en waterzuiveringsinstallaties. Het is vooral bruikbaar omdat het een stabiel, droog poeder is en in tabletvorm geproduceerd kan worden.  +
Dieren zoals vogels (kippen), runderen, varkens, honden, katten schildpadden en zelfs vliegen. De bacterie wordt gezien als de belangrijkste veroorzaker wereldwijd van bacteriële diarree  +
Mensen komen met de bacterie in aanraking door het eten van besmet voedsel en drinken van besmet water. In ontwikkelingslanden wordt de ziekte vooral gevonden bij kinderen tot 5 jaar en jongvolwassenen. De bacterie scheidt giftige stoffen uit die het darm  +
zoals de inhoud van de ladingruimten en tanks en het draagvermogen bij verschillende diepgangen en deklasten.  +
de capacitiet van een condensator verandert onder invloed van een bepaald verschijnsel  +
Dit wordt veroorzaakt door adhesie, cohesie en oppervlaktespanning waar het water de vaste stof raakt.  +
gebruikt voor Omgekeerde Osmose, nanofiltratie, ultrafiltratie en microfiltratie.  +
bestaat uit chitine.  +
Komen in de natuur veel voor als CaCO3, in mindere mate als MgCO3 en Na2CO3  +
Tijdelijke hardheid, deze hardheid wordt gewoonlijk veroorzaakt door waterstofcarbonaationen naast calcium- en/of magnesiumionen - door koken kan deze hardheid verwijderd worden.  +
zoals kreeften en krabben.  +
Een voorwerp dat loodrecht op de tweede ring is bevestigd, bijvoorbeeld een scheepskompas of een kooktoestel, zal onbeweeglijk waterpas blijven, in welke positie de buitenste ring zich ook bevindt.  +
Wordt vanwege de korte houdbaarheid meteen na de vangst gekookt. Wordt gevangen aan de kust en op de Waddenzee en voornamelijk geëxporteerd naar Groot-Brittannië, Frankrijk en Spanje.  +
CAS is een afkorting van Chemical Abstracts Service registry number.  +
Wanneer een activiteit op het moment van aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument of ter uitvoering van de Vogelrichtlijn of Habitatrichtlijn bestond en sedertdien onafgebroken heeft plaatsgevonden of 1°. iedere handeling die op 1 oktober 2005 werd verricht en sindsdien niet of niet in betekende mate is gewijzigd, en 2°. Iedere handeling die na 1 oktober 2005 is aangevangen en werd verricht op het moment van aanwijzing van een gebied als beschermd natuurmonument, op het moment van aanwijzing van een gebied ter uitvoering van artikel 4 van de richtlijn 79/409/EEG, of op het moment van aanmelding van een gebied bij de Europese Commissie ter uitvoering van artikel 4, eerste lid, van richtlijn 92/43/EEG en die sedertdien niet of niet in betekenende mate is gewijzigd.  +
Naast het domein zijn er verschillende indelingen bij waterschappen in gebruik, zoals: - indeling naar 1e soort, 2e soort, 3e soort etcetera / - indeling naar hoofdwaterloop, waterloop, detailwaterloop etcetera / Deze indelingen zijn in principe eenvoudig te herleiden naar primair, secundair en tertiair  +
De categorieën die worden onderscheiden zijn: motoren, lichte voertuigen, ongeleed vrachtverkeer, ongelede bussen, geleed vrachtverkeer, trekkers, fietsen, bromfietsen en overig  +
de ontstane gasbellen door cavitatie veroorzaken corrosie van schoepen en schroeven  +
De methode omvat een gestandaardiseerde drukproef die zowel in het terrein als in het laboratorium kan worden uitgevoerd  +
Verplicht voor alle in Europa verkochte open- en kajuitboten met een romplengte tussen 2,5 en 24 meter. Uitzonderingen zijn boten voor speciale wedstrijden, kano's, kajaks, gondels, waterfietsen, zeilplanken, waterscooters, experimentele vaartuigen, casco's die door particulieren worden afgebouwd en niet binnen 5 jaar op de Europese markt worden verkocht, duikboten, luchtkussenvoertuigen, draagvleugelboten en originele historische vaartuigen (of eenmalige replica's) gebouwd van tekeningen van vóór 1950, die voornamelijk met de oorspronkelijke materialen zijn gebouwd.  +
Vastgesteld door de Conférence Européenne des Ministres des Transports - Conferentie van Europese Transport Ministers  +
Het CBRB is de grootste werkgevers- en ondernemersorganisatie in de binnenvaart in Nederland. De leden van het CBRB zijn prominent vertegenwoordigd in alle belangrijke deelsectoren van de binnenvaart, zowel op het niveau van de vervoerder als dat van vervoersorganisator. Ook kent het CBRB een omvangrijk netwerk van geassocieerde leden die betrokken zijn bij de bedrijfstak binnenvaart.  +
het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft tot taak het verzamelen en bewerken van gegevens met als doel het publiceren van statistieken ten behoeve van praktijk, beleid en wetenschap. Naast de verantwoordelijkheid voor de nationale (officiële) statistieken is het CBS ook belast met de productie van Europese (communautaire) statistieken. De wettelijke grondslag voor het CBS is de "Wet op het Centraal Bureau voor de Statistiek" van 20 november 2003 (Staatsblad 2003, 516). De CBS-wet is laatstelijk gewijzigd bij Wet van 15 december 2004, houdende wijziging van de Wet op het Centraal bureau voor de statistiek in verband met de uitvoering van de nieuwe Intrastatverordening (Staatsblad 2004, 695)  +
Gevestigd in Straatsburg  +